De handel in virtueel water

Oie_movements_of_virtual_water_2

De dreigende waterschaarste is niet het gevolg van een overmatig huis-, tuin-
en keukengebruik.
We verbruiken veel meer water dan we denken.

Een Vlaming verbruikt gemiddeld 110 liter
leidingwater per dag. Maar die hoeveelheid valt in het niet bij de
onrechtstreekse waterconsumptie die nodig is om diezelfde Vlaming te voeden en te kleden. Er is
300 liter water nodig voor de productie van één ei, een halve kilogram
aardappelen of twee tassen koffie. Een biefstuk van 300 gram of een katoenen T-shirt kost 5.000 liter
water. Bijna 75 procent van de wereldwijde waterconsumptie wordt
opgeslokt door de landbouw.

(kaart: IWMI – groengekleurde gebieden exporteren virtueel water, roze gebieden importeren virtueel water)

——————————————————————————————————–

http://pagead2.googlesyndication.com/pagead/show_ads.js

——————————————————————————————————–

Aangezien ons land het grootste deel van zijn voedsel importeert, moet het niet zelf al
dat water leveren. We kweken bijvoorbeeld wel onze eigen varkens en kippen,
maar het veevoeder waarmee die dieren worden grootgebracht, komt uit het
buitenland. Vlaanderen importeert dus massaal ‘virtueel water’. Andere landen exporteren grote hoeveelheden virtueel water.

Probleem is dat
de exporteurs van virtueel water niet zelden teren op het uitputten van hun
(al dan niet fossiele) grondwaterlagen (zie deel 1). Bijvoorbeeld de graanoogst in het Zuidwesten van de Verenigde
Staten (de grootste graanexporteur ter wereld) draait voor minstens 20 procent
op fossiel grondwater. In Zuid-Spanje is zowat de gehele groenten- en
fruitproductie (die een groot deel van de Europese supermarkten bevoorraadt)
volledig gebaseerd op fossiel water.

Terwijl het grondwaterpeil daalt, blijven de wereldbevolking en de
welvaart groeien. Naarmate mensen rijker worden gaan ze meer vlees, zuivel en
suiker eten, wat de virtuele waterconsumptie per persoon flink opdrijft.
Volgens onderzoek van het International Water Management Institute (IWMI) zal het
waterverbruik in de landbouw tegen 2050 met 75 procent stijgen.

Hongersnood

In de jaren zeventig voorspelden wetenschappers dat de snelle bevolkingsaangroei tot massale
hongersnood zou leiden, omdat er niet genoeg land op aarde was om alle mensen
te voeden. Vandaag blijkt dat niet zozeer de oppervlakte, maar wel de
watervoorraad de belangrijkste limiet is voor de voedselproductie. Het waterverbruik
in de landbouw kan naar omlaag door betere irrigatietechnieken en het telen van
minder dorstige gewassen, maar de grootste besparing kan gerealiseerd worden
door het beter benutten van regenval.

Oie_rainfed_agriculture_versus_ir_4

(kaart: IWMI
– in de groengekleurde gebieden worden landbouwgewassen hoofdzakelijk
gekweekt met regenwater, in de blauwgekleurde gebieden met grondwater
)

Momenteel wordt bijna 80 procent van de
landbouwgewassen gekweekt met regenwater. Het is de overige 20
procent die grotendeels verantwoordelijk is voor het uitputten van de
zoetwatervoorraad. Irrigatie heeft de groeiende wereldbevolking tot nu toe
gered van hongersnood, maar er is gewoon niet genoeg water om die strategie vol
te houden.

Willen we iedereen in 2050 kunnen voeden, dan zal alle landbouwgrond
in gebieden moeten komen waar genoeg regen valt. Vervolgens kan er virtueel
water van die natte gebieden naar de droge gebieden worden geëxporteerd, in
plaats van andersom. Op zich is de handel in virtueel water immers geen slechte zaak – de zoetwatervoorraad op aarde is niet al te best verdeeld en het is veel efficiënter om met water gekweekt voedsel te vervoeren in plaats van het water zelf.

Maar dat zou betekenen
dat bijvoorbeeld Europa zijn landbouwoppervlakte fors moeten uitbreiden,
terwijl we die de afgelopen decennia net hebben afgebouwd. Nog afgezien van de
politieke en economische haalbaarheid, is dat zeker geen ideale oplossing. Door
de lagere productiviteit (er is minder zon) hebben we meer kunstmest en
landoppervlakte nodig om evenveel voedsel te telen.

Douchespaarkop?

Een andere mogelijkheid is
dat de consument zijn virtuele waterconsumptie fors terugdringt. Maar die
boodschap – die de kern van het probleem vormt – valt nog moeilijker te
verkopen. Want het gaat niet over het plaatsen van een douchespaarkop, maar
over het terugdringen van de vlees- en zuivelconsumptie. Dat we nog niet van
honger en dorst zijn gestorven, komt omdat het grootste deel van de
wereldbevolking zich (nog) geen biefstuk kan veroorloven.

© Kris De Decker / Foto intro: vegkitchen

——————————————————————————————————–
Verwante artikels

Startpagina

——————————————————————————————————–

http://pagead2.googlesyndication.com/pagead/show_ads.js

http://pagead2.googlesyndication.com/pagead/show_ads.js


Posted

in

,

by

Tags:

Comments

5 reacties op “De handel in virtueel water”

  1. louis van der linden Avatar
    louis van der linden

    Geachte redactie,
    Ik een nederlander, werkzaam in de energiesector, en ben zeer onder de indruk van jullie informatieve website. Ik zal deze promoten onder mijn vrienden en collega’s (Of wakker ik het energie verbruik dan juist aan?)
    Ga zo door.
    MVG louis

    Like

  2. De redactie Avatar
    De redactie

    Bedankt !!! We gaan zo door !

    Like

  3. Waterontharder Avatar

    Erg interessant artikel met informatieve afbeeldingen! Leuk voorbeeld voor journalisten.

    Like

  4. Marie F. Avatar
    Marie F.

    Hallo!! Ik moet een werk maken voor school en dit is echt een zeer interessante site!!!
    Ik sluit nu vlug het internet af om goed te zorgen voor het milieu 🙂
    Marie

    Like

  5. Thomas Avatar
    Thomas

    Ja je leert er echt veel van. Ik ben ook bezig met een werkstuk over waterverdeling in de wereld. Het gaat dan vooral over de woestijn in Afrika.

    Like

Plaats een reactie