Weinig mensen beseffen dat ze thuis over een extra energiebron beschikken: het water dat uit de kraan stroomt. Vlak voor de komst van het elektriciteitsnetwerk op het einde van de negentiende eeuw werden vele duizenden watermotoren aangesloten op de openbare watervoorziening in Europese en Amerikaanse steden. Met behulp van deze kleine waterturbines kon eender welke machine in een huishouden of een werkplaats worden aangedreven.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Halverwege de negentiende eeuw ontstond er in veel Europese en Amerikaanse steden een distributiesysteem voor drinkwater: de openbare watervoorziening. Hoewel de introductie ervan een antwoord was op gezondheidsproblemen, werd al snel beseft dat het water dat door de leidingen stroomde ook te gebruiken was voor het opwekken van energie. Waterkracht was in die tijd nog steeds de belangrijkste bron van mechanische energie en dus was de link snel gelegd.
Het elektriciteitsnetwerk bestond nog niet, zodat er een markt was voor een compacte energiebron die in de stad kon worden gebruikt, als een alternatief voor stoommachines (die te duur, te onpraktisch en te gevaarlijk waren om op kleine schaal in te zetten) en met de hand of met de voet aangedreven machines.
Huishoudtoestellen op waterkracht
Op de kraan aansluitbare watermotoren doken op in Europa rond 1840. In de Verenigde Staten werden ze populair tijdens jaren zeventig en tachtig van de negentiende eeuw. Een watermotor bestond uit een kleine turbine die in een metalen omhulsel werd opgehangen. De diameter van het wiel varieerde van ongeveer 20 tot 90 centimeter.
De kleinsten waren bedoeld voor het aandrijven van onder meer naaimachines, figuurzagen of ventilatoren. De iets grotere diameters werden aangeprezen voor het doen werken van onder meer koffiemalers, draaibanken, verfmolens of kerkorgels. De grootste modellen werden ingezet voor liften of cirkelzagen.
Watermotoren uit de negentiende eeuw. Foto's: Smokstack andOld Pelton.
Er werd steeds gebruik gemaakt van mechanische krachtoverbrenging, net zoals bij de waterkrachtcentrale die in in het vorige artikel aan bod kwam. De as die door de waterturbine in beweging werd gebracht, was tegelijkertijd ook de as van het apparaat dat werd aangedreven. In andere gevallen werden de as van de turbine en de as van het apparaat door een riem of een ketting met elkaar verbonden, zodat verschillende machines konden worden gebruikt.
Op het einde van de negentiende eeuw werden watermotoren ook ingezet voor het doen werken van elektrische apparaten, vooral radio's en gloeilampen. De watermotor dreef dan een dynamo aan die ter plekke elektriciteit genereerde. Compacte versies van deze hydraulische dynamo's werden commercieel aangeboden.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het rendement van een Peltonturbine is onafhankelijk van de grootte, wat ze extra aantrekkelijk maakt voor het aandrijven van kleine apparaten
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
De turbines van watermotoren waren meestal van het impulstype. Die halen energie uit de impuls van water, en niet uit het gewicht ervan zoals in het geval van een klassiek waterwiel. Een belangrijke innovatie was de Peltonturbine, uitgevonden in 1878. Deze turbine bestaat uit lepelachtige schoepen die op gelijke afstand van elkaar aan de buitenkant van het wiel zijn vastgemaakt.
Water wordt via een inlaatbuis door een spuitmond geduwd en op de schoepen gericht. Door het regelen van de spuitmond kan het vermogen van de motor worden bijgesteld. Het water wordt vervolgens door een andere buis weer weggeleid, of valt door de open onderkant van het metalen omhulsel naar beneden.
Vermogen en rendement van de watermotor
Een Peltonturbine heeft een efficiëntie van 85 tot 90%, vergelijkbaar met het rendement van een (grote en efficiënte) elektrische motor en veel hoger dan het rendement van een stoommachine of een traditioneel waterwiel. In tegenstelling tot stoommachines, elektrische motoren en de meeste andere types waterturbines, die minder efficiënt worden naarmate ze kleiner worden, is het rendement van een Peltonturbine bovendien onafhankelijk van de grootte. Dat maakt ze extra aantrekkelijk voor het aandrijven van kleine apparaten.
Foto boven: Een advertentie uit 1906 voor een typische Amerikaanse watermotor. Foto onder: een hydraulische dynamo voor het aandrijven van radio en verlichting. Bron: The Museum of Retrotechnology.
Waterturbines -- zoals de Peltonturbine -- zijn veel compacter dan waterwielen, wat maakt dat een watermotor van beperkte omvang veel meer energie kan leveren dan je zou denken. Het maximale vermogen van een watermotor wordt bepaald door twee factoren: de waterdruk en het waterdebiet (het waterdebiet wordt bepaald door de diameter van de leiding en de snelheid van het water). De waterdruk in de openbare watervoorziening bedraagt doorgaans tussen de 40 en 70 psi (2,75 tot 4,8 bar), en bedroeg meestal 70 psi in de negentiende eeuw.
Met een waterdruk van 70 psi en een leidingdiameter van 1,25 centimeter (een typische diameter voor de buizen die tot aan de kraan lopen), loopt het maximum vermogen van een kleine watermotor zo op tot 0,33 paardekracht (of 243 watt mechanische energie). Zelfs na aftrek van het efficiëntieverlies in de motor blijft dat een aanzienlijke hoeveelheid energie: twee tot drie keer zoveel dan een mens op een stationaire fietsmachine kan volhouden.
Waterverbruik
De watermotor bood mogelijkheden die in die tijd door geen enkele andere krachtbron konden worden geleverd. Maar de technologie had ook een evident nadeel: een zeer hoge consumptie van drinkwater. Met een waterdruk van 70 psi en een leidingdiameter van 1,25 centimeter kost de productie van 243 watt mechanische energie ongeveer 30 liter water per minuut. Dat betekent dat er 7.440 liter water nodig was om 1 kilowattuur (kWh) mechanische energie te produceren. Om een idee te geven: de gemiddelde Nederlander verbruikt vandaag 130 liter drinkwater per dag, terwijl het gemiddelde elektricteitsverbruik (uitgedrukt in mechanische energie) bijna 10 kWh per persoon per dag bedraagt.
De productie van drinkwater kost veel energie. Er is ongeveer 1 kWh energie nodig om 700 liter drinkwater te produceren, wat zou betekenen dat er 10,6 kWh energie nodig is voor een watermotor die 1 kWh energie levert. Op drinkwater draaiende watermotoren waren dus geen efficiënte technologie en er is dan ook geen enkele stimulans om ze opnieuw te gebruiken. Watermotoren werden gebruikt omdat er in die tijd nog geen efficiënt alternatief voor energiedistributie bestond.
Een met water aangedreven ventilator. Foto: Smokstak.
In realiteit was het waterverbruik van een watermotor nog een stuk hoger dan hierboven is aangegeven. Als de waterdruk lager was dan 70 psi, dan daalde ook het motorvermogen van de watermotor, terwijl het waterverbruik gelijk bleef. De minimum druk in de openbare waterleiding was (en is nog steeds) 20 psi (1,4 bar). Beneden deze waarde bestaat er een risico op besmetting omdat vervuild water de leidingen zou kunnen binnendringen via lekken.
Had je pech en haalde je slechts 20 psi uit de kraan, dan was het vermogen van een watermotor beperkt tot een magere 0,09 paardenkracht (67 watt mechanische energie of ongeveer 30 watt elektrische energie). Dat vermogen kon opnieuw worden verhoogd door de leidingdiameter te vergroten, maar dan nam het waterverbruik nog verder toe.
Onregelmatige druk
De druk in de openbare watervoorziening werd tijdens de negentiende eeuw (en niet zelden ook vandaag nog) geleverd door de zwaartekracht. Water wordt in het reservoir van een watertoren gepompt en het hoogteverschil tussen het wateroppervlak in het reservoir en het water in de leidingen bepaalt de waterdruk en daarmee ook het vermogen dat door een watermotor kan worden geleverd. Voor een waterdruk van 70 psi is een watertoren van 50 meter hoog nodig.
Het interessante aan een watertoren is dat de pompen die het water in het reservoir brengen, kunnen worden afgestemd op het gemiddelde verbruik. Een hoger dan gemiddeld verbruik wordt immers opgevangen door een dalende waterspiegel in het reservoir, dat vervolgens opnieuw wordt gevuld als het verbruik onder het gemiddelde duikt (meestal 's nachts). Voor de distributie van drinkwater is de wisselende waterdruk geen probleem, maar voor het gebruik van watermotoren wel. Als iedereen 's morgens tegelijk gaat douchen, dan daalt de waterdruk in de leidingen en dus ook de energieopbrengst van een watermotor.
Foto boven: Een door water aangedreven eierklopper. Bron: Smokstak. Foto onder: Een door water aangedreven naaimachine. Bron: Knight's American Dictionary (1881).
Dat betekende dat de waterleiding voor een watermotor een grotere diameter moest hebben dan strikt nodig was, zodat er tijdens een periode van lage waterdruk toch voldoende energie geleverd kon worden. Daardoor ging het waterverbruik nog verder omhoog. Bovendien haalde de wisselende waterdruk ook de efficiëntie van de motor naar beneden: een Peltonturbine haalt haar hoogste efficiëntie pas als ze optimaal is afgestemd op de heersende waterdruk.
Op zoek naar een betere oplossing
Zoals vermeld wordt het maximale vermogen van een watermotor bepaald door twee factoren: de waterdruk en het waterdebiet. Als we niet het waterdebiet maar de waterdruk opvoeren, komen we tot een veel interessanter resultaat: er kan veel meer energie worden geproduceerd met veel minder water.
Bij een waterdruk van 700 psi (48 bar), tien keer de druk in de openbare waterleiding, zou een watermotor gevoed door een leiding met een diameter van 1,25 centimeter een vermogen van 2.500 watt kunnen produceren voor 30 liter water per minuut. Dat maakt het waterverbruik van een watermotor al heel wat minder problematisch. Helaas is er voor een waterdruk van 700 psi een watertoren van 500 meter hoog nodig, wat niet realistisch is.
Een draagbare, door waterkracht aangedreven wasmachine, de Amerikaanse "Washerette". Bron: Smokstak.
De beperkingen van de openbare waterleiding als energiedistributienetwerk werden al snel duidelijk in de negentiende eeuw. In de Verenigde Staten verdwenen de meeste watermotoren met de komst van de elektrische motor en het elektriciteitsnetwerk. Maar in Europa werd een tweevoudige oplossing gevonden voor het hoge waterverbruik van de watermotor.
Ten eerste legden de Europeanen speciale netwerken aan voor de distributie van energiewater -- water onder druk dat exclusief was bedoeld voor het opwekken van energie. Daardoor was het niet langer nodig om drinkwater te gebruiken, en kon veel energie worden bespaard. Ten tweede schakelden de Europeanen over op een veel hogere en ook regelmatige waterdruk, geleverd door een nieuwe technologie: de hydraulische accumulator.
De hydraulische accumulator en de opkomst van distributienetwerken voor energiewater komen aan bod in een volgend artikel.
Kris De Decker
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bronnen:
- "A History of Industrial Power in the U.S., 1780-1930: Vol 3: The Transmission of Power", Louis C. Hunter and Lynwood Bryant (1991)
- "Water Motors", The Museum of Retrotechnology
- "Old Pelton", website.
- Efficiency Improvement of Pelton Wheel and Cross Flow Turbines in Micro Hydro Power Plants: Case Study.
- Water Wheel Model: Water Motor.
Verwante artikels:
- Waterwielen uit de negentiende eeuw waren bijna twee keer zo efficiënt als moderne hydraulische centrales.
- De vergeten toekomst van de fietsmachine: landbouw, industrie en huishoudens op pedaalkracht
- Hoe milieuvriendelijk is de energiefiets?
- Mechanische appelschiller is wonder van negentiende-eeuwse techniek
- Industriële windmolens: geschiedenis - en toekomst
- Draait de industrie straks op geconcentreerd zonlicht?
- Zonne-energie maakt oliewinning goedkoper
- Open source energieproductie: de Solar Fire P32
- Verwarm je huis met een zonneboiler en een zwembad
- Hightech keuken zonder elektriciteit: koken met een vliegwiel
- De mechanische overbrenging van energie: Stangenkunst
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
(1)
Ben benieuwd met welke energie/welke efficiëntie het water in de watertorens werd gepompt. Deze energie kan toch niet minder zijn dan hetgeen we kunnen 'aftappen' van de kranen? Of zie ik dat verkeerd?
Geplaatst door: Hendrik-Jan Peeters | 15 september 2013 om 15:53
(2)
Hendrik-Jan,
Zie het artikel: "Er is ongeveer 1 kWh energie nodig om 700 liter drinkwater te produceren, wat zou betekenen dat er 10,6 kWh energie nodig is voor een watermotor die 1 kWh energie levert. Op drinkwater draaiende watermotoren waren dus geen efficiënte technologie en er is dan ook geen enkele stimulans om ze opnieuw te gebruiken."
In dit cijfer zit niet alleen het oppompen van het water in de watertoren, maar ook de zuivering van het drinkwater. Vanuit ons gezichtspunt zijn op drinkwater draaiende watermotoren absurd, maar toen ze werden gebruikt was er nog geen elektriciteitsnetwerk.
Toch kunnen watermotoren en watertorens interessant zijn in combinatie met hernieuwbare energie. Daar hebben we het in een volgend artikel over.
Geplaatst door: Kris De Decker | 15 september 2013 om 16:04
(3)
Kris, wederom een uiterst interessant artikel. Het voelt altijd als een cadeautje als ik een nieuw artikel van jou in mijn mailbox zie verschijnen :-) Dank!
Geplaatst door: Jurgen Nijhuis | 16 september 2013 om 11:44
(4)
Deze herinner ik me nog uit de fysica les: http://nl.wikipedia.org/wiki/Waterstraalpomp
Is waarschijnlijk gruwelijk inefficiënt, maar wel een zeer eenvoudig toestel.
Geplaatst door: Manuel | 16 september 2013 om 12:51
(5)
Mooi artikel. Hopelijk komen in het volgende artikel de hydraulische kranen van de haven van Antwerpen aan bod ?
Geplaatst door: Johan | 16 september 2013 om 13:08
(6)
Inderdaad.
Geplaatst door: Kris De Decker | 16 september 2013 om 13:12
(7)
Zoiets moet toch toepasbaar zijn op het regenwater dat door onze regenpijpen stroomt? Het zou mij handig lijken als het dan in elektriciteit kan omgezet worden en al wat je niet nodig hebt het net op. Is ook nog eens complementair met zonnepanelen. Dezer dagen zou dat alvast wat opbrengen ;)
Geplaatst door: Freya | 17 september 2013 om 20:41
(8)
ik heb toevallig laatst een artikel gelezen over een bedrijf ui Canada dat voor 3e wereld landen dergelijke machines maakt, maar dan voor de aandrijvinng van cirkelzagen, boormachines etc etc ... leuk!
Geplaatst door: ben mendes | 17 september 2013 om 22:08
(9)
LTM wordt met artikelen over technologie uit vervlogen dagen een nog belangrijker informatiebron en past daarmee eigenlijk al naadloos in het lespakket van basisscholen (brugklas). Dan staan kinderen nog open en kunnen zij misschien nog net enig historisch inzicht opdoen over de dingen die voorafgingen aan de iPad, die nu hun wereldbeeld bepaalt.
Sietz Leeflang (De Twaalf Ambachten)
Geplaatst door: Sietz Leeflang | 18 september 2013 om 12:35
(10)
@Freya
Had hier ook al eens over nagedacht. Helaas brengt het praktisch niets op: Volgens het KMI: Gemiddeld 800mm neerslag per jaar. Neem een dak van 100m², 5m hoog. Dan heb je:
100m²x 0,8m = 80m³ = 80000kg.
800kg x 9,81N/Kg x 5m = 3,925MJ
Dus met 100% rendement kan je er maximum 3,925 Megajoule uit krijgen. Dit is ongeveer 1.1kWh. Dus een jaarlijkse besparing van €0,25. Denk niet dat je die investering kan terug winnen. En dat was al ruim gerekend...
Geplaatst door: Manuel | 18 september 2013 om 14:21
(11)
@ Freya,
Kris zal hier waarschijnlijk meer over kunnen zeggen. Maar weet dat het in Vlaanderen maar ongeveer 8% van de tijd regent en dat in sterk wisselende hoeveelheden. Gezien de relatief beperkte hoogte van de meeste van onze gebouwen zal de druk van dat regenwater bovendien heel beperkt zijn.
Het lijkt me dus totaal onrealistisch om een bruikbaar systeem te kunnen maken op basis van regenwater dat op onze daken valt. Vanuit milieuoogpunt lijkt het veel meer aangewezen om o.a. meer groendaken aan te leggen.
Geplaatst door: Renaat | 18 september 2013 om 14:54
(12)
Het idee van Freya zou goed zijn mocht je met een Pelton-turbine de regendruppels zelf kunnen opvangen.
Deze druppels hebben namelijk de maximale kinetische energie die je met die hoeveelheid water kunt maken door middel van de zwaartekracht in atmosferische omstandigheden.
Heel wat aerodynamische modellen van voertuigen hebben en hadden de vorm van een regendruppel, omdat die de hoogste snelheid met de minste weerstand oplevert.
De winnaar is dus diegene die de regendruppels zonder energieverlies kan doen afbuigen zodat ze maximaal in aantal en goed gericht, telkens op het meest geschikte schoepje van de Peltonturbine terechtkomen.
Het zou kunnen dat er in mijn redenering fouten zitten, waarvoor mijn excuses, maar als occasioneel therapeutisch tuinbesproeier heb ik al wat bestudeerd van stromend, spuitend, druppelend en verstuivend water.
Geplaatst door: Koen Vandewalle | 18 september 2013 om 18:44
(13)
Beste Kris,
Ik deel een zekere fascinatie met jou voor liefst simpele techniek. En blader dan ook regelmatig met plezier door je site.
In alle bescheidenheid meen ik dat je hier echter de plank nogal misslaat.
Afgezien van het enorme waterverbruik, waardoor je zoals je zelf al aangeeft, het drinkwaterleidingnet voor deze toepassing een gotspe is, gedraagt water dat door buizen stroomt zich niet helemaal zoals jij zou willen. Watermoleculen bewegen zich niet door een bijna vacuüm zoals bijv. electronen in een stroomdraad. De onderlinge botsingen leiden tot turbulentie, waardoor er heel veel energie verloren gaat bij een buizenstelstel van enige lengte. Daardoor komt de potentiële energie slechts voor een heel klein deel beschikbaar. Je kunt dit verifiëren door onderstaand URL in je browser te plakken van een rekenprogramma wat hiervoor gebruikt wordt:
http://www.pipelife.nl/com/_inc/calc.php?lang=nl&ct=ff
Wat -willekeurig- invulwerk leidt tot de navolgende waarden. Bij een hoogteverschil van 1000m en een loodrechte val zegt onze middelbare school natuurkunde dat de snelheid van het water 140 m/s zou bedragen. Als je vervolgens een pijp van 2,5m doorsnede invult, wordt de snelheid 82,8m/s. Uit een pijpje met een doorsnede van 1,25cm zal het water met een snelheid van 3m/s verlaten. Bij de gladste pijp die het rekenprogramma toelaat.
En dan heb ik het niet over bochten, fittingen en wat dies meer zij. Dus het overallrendement voor het leidingsysteem alleen(!!!) zit in het gunstigste geval op 2 à 3%. En dan heb ik het ook niet over wat voor pijpen je nodig hebt om dergelijke drukken te weerstaan. Een normale HPE leiding is volgens mij goed voor 6 atm.
Ik denk dat die turbines terecht in het museum zijn beland.
Geplaatst door: jaco van noort | 04 oktober 2013 om 13:36
(14)
@ Jaco
Dank voor de bijkomende informatie.
Maar mijn artikel pleit nergens voor een herinvoering van op drinkwater draaiende watermotoren. Ik citeer mezelf:
"Op drinkwater draaiende watermotoren waren dus geen efficiënte technologie en er is dan ook geen enkele stimulans om ze opnieuw te gebruiken"
We zijn het dus volledig met elkaar eens.
Wat betreft het gedrag van water in leidingen: dat komt in het vervolgartikel uitgebreid aan bod.
Geplaatst door: Kris De Decker | 05 oktober 2013 om 00:10
(15)
Kris,
In mijn reactie staat nergens dat jij pleit voor het gebruiken van drinkwater voor energie-transport.
Daar waren we het idd al over eens.
Je wekt echter met de kop van je artikel en de aanhef wel de suggestie, ik citeer jou: "Weinig mensen beseffen dat ze thuis over een extra energiebron beschikken: het water dat uit de kraan stroomt."
Met dit soort (on)zinnetjes zet je mensen op het verkeerde been, hetgeen volgens mij bevestigd wordt door de hoger geplaatste reacties over bijv. het opvangen van regenwater.
Een leuke vraag voor de donkere avonden voor de Kerst:
Naast mijn huis ligt een slang voor irrigatiewater met een diameter van 90mm(ext) met een verval van 30m over 800m lengte slang. Een nieuwe turbine kost mij incl. alle kosten zo'n € 5000. De beek die de slang voedt, voert minstens 10mnd/jaar voldoende water. Ik wil de opgewekte energie gebruiken om onze nieuwe Renault Twizy op te laden. Hoeveel water ga ik aan de beek onttrekken en is dit een verstandige investering?
Geplaatst door: jaco van noort | 05 oktober 2013 om 10:15
(16)
@ Jaco
Jouw reactie suggereert wel degelijk dat ik pleit voor het gebruik van drinkwater als energiebron. Je stelt dat ik "de plank missla".
Dat ik mensen in de inleiding op het verkeerde been zet, klopt. Maar als je Lowtech Magazine al een tijd volgt, dan zou je moeten weten dat dat zowat mijn handelsmerk is. Ik bouw een redenering op en haal die dan op het eind onderuit. Een inleiding moet een stimulans zijn om een artikel te lezen. Het is geen wetenschappelijke "abstract". Ik voel me niet geroepen om al meteen in de inleiding het einde te verklappen. En de titel omschrijft het onderwerp van het artikel perfect.
Het voorbeeld dat je geeft, heeft niets te maken met watermotoren en drinkwater. Je hebt het over een beek en een elektrische auto. Ik begrijp niet wat je daarmee wil zeggen.
Overigens zal je in het vervolgartikel merken dat je categorieke afwijzing van water als energiedrager onterecht is. Rekening houdend met de beperkingen die je in je vorige reactie omschrijft, blijven er heel veel mogelijkheden over. Water heeft als energiedrager ook voordelen tegenover elektriciteit. Ik stel voor dat we daar verder over discussiëren als het vervolgartikel is gepubliceerd.
Geplaatst door: Kris De Decker | 05 oktober 2013 om 12:41
(17)
Diegene die het artikel naar voren bracht heeft gelijk. Men zou heel goed met hedendaagse technieken vormen van waterpompen kunnen ontwikkelen die breed toepasbaar zijn. En die toepasbaar zijn op heel veel vlakken waar er debiet van stromend water is. Zoals aan watertorens, afvalwaters van grote en hoge daken, waterleidingen ea.
Kijk maar eens hoeveel water er aan sluizen van kanalen weg loopt onder druk. Elektriciteitnet ligt steeds nabij.
Men kan makkelijk spaarbekkens bouwen die water verzamelen na regenbui. Oppompen met de overproductie van elektriciteit of groene energie waarna het in de nacht dan kan afgetapt worden als de pieken groter zijn. Nationaal gezien zou zulke installaties zoveel kosten als een kerncentrale. Maar de energie wel schoon.
Onderhoud moet men in een moderne energiecentrale ook doen.
Prijs verhouding haalt men het er snel uit, het kan grote hoeveelheden energie produceren aan lage prijs. Bijkomende op de groei in vraag naar energie die natuurlijk in ballans ook mag komen door minder verbruik of betere besparende techniek. Zelfs in veel rivieren kan men debiet toepassen. Iedere keer als het eb en tij is kan men aan kuststreken enorme hoeveelheden water in spaarbekken krijgen. Zulk systeem grootschalig kan perfect er is know how en techniek voor. Ik geef Kris De Decker gelijk erin.
Geplaatst door: Patrick W | 20 oktober 2013 om 12:51
(18)
Als we de watermotor nu eens combineren met windenergie...
Een beetje windmolen is 50 to 100 meter hoog; als er de windmolen nu eens gebouwd wordt als watertoren kan de windmolen - in de gevallen dat er teveel wind is - water oppompen in plaats van stilgelegd worden. En in de gevallen dat er te weinig energie is kan er met dit water weer energie worden opgewekt.
Geplaatst door: Theo Verweij | 20 augustus 2017 om 14:50
(19)
Goedendag,ik ben Robert en heb een voormalige degelijke betonnen mestsilo. Die silo is 12 meter doorsnee en 5 meter hoog waarvan 2 meter onder het maaiveld. Er kan ruim 500 m3 water in. Is het mogelijk om er energie uit op te wekken door er een even grote buffer er naast te bouwen en dieper dan de silo waarin het water vanuit de silo via een waterrad om elektra op te wekken in stroomt? De silo wordt elke keer weer gevuld met (overtollig) stroom van de zonnepanelen. Dat zou een mooi en nobel plan zijn. Ik hoor wel van u of dit mogelijk is.
Geplaatst door: Robert | 11 januari 2019 om 15:46