De kleinschalige, organische landbouw is te verkiezen boven de grootschalige, geïndustrialiseerde roofbouw die in de loop van de twintigste eeuw de norm is geworden in de westerse wereld - en die steeds vaker wordt opgedrongen aan landen waar wel nog traditionele landbouw wordt bedreven.
Het nadeel is dat duurzame landbouw per definitie meer handenarbeid vraagt, die niet altijd even gezond is voor het lichaam. Het onderzoek naar kleine en lichte landbouwvoertuigen die de lichamelijke belasting verminderen, staat in de kinderschoenen. Maar er zijn intussen een aantal interessante prototypes ontwikkeld, die een idee geven van de mogelijkheden en de uitdagingen.
Illustratie: Wim van Overbeeke voor De Twaalf Ambachten. Een prototype van een soortgelijk voertuig wordt vrijdag voorgesteld op de studiedag stadsgerichte landbouw
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Iedereen boer
Sinds het ontstaan ervan zo'n tienduizend jaar geleden heeft de landbouw vrijwel altijd het grootste deel van de menselijke bevolking tewerk gesteld. Vrijwel iedereen - kinderen inbegrepen - werkte mee aan de voedselproductie. Het voedseloverschot dat de boerenbevolking produceerde, bedroeg bijna 9.000 jaar lang hoogstens 1 tot 2 procent. Dat wil zeggen dat slechts 1 tot 2 procent van de mensen zich met andere zaken kon bezighouden. Vertaald naar de bevolkingscijfers van vandaag zou dat betekenen dat nauwelijks 160.000 Nederlanders en 100.000 Belgen niet op het veld zouden werken.
Technologische verbeteringen zorgden vooral vanaf de achtste eeuw na Christus voor een gradueel stijgende opbrengst per uur geleverde arbeid, zodat er langzaamaan een groter voedseloverschot ontstond. Tegen het einde van de vijftiende eeuw was het landbouwoverschot - onder meer onder invloed van betere ploegen en door de inzet van paarden in plaats van ossen - in de meeste Europese landen opgelopen tot ongeveer 3 tot 6 procent. Daardoor konden steeds meer mensen in steden gaan wonen, met een toenemende verstedelijking en industrialisatie als gevolg - al behield de plattelandsbevolking het overwicht en waren die steden erg klein in vergelijking met vandaag.
Tegen het einde van de negentiende eeuw, toen de mechanisatie van de landbouw onder invloed van stoomkracht echt op gang kwam, liep het voedseloverschot in westerse landen op tot ongeveer 50 procent. Die trend ging samen met een massale volksverhuizing naar de steden, waar de opkomende industrie een grote behoefte had aan fabrieksarbeiders. Het voedseloverschot steeg verder in de loop van de twintigste eeuw, ten gevolge van een sterk stijgend gebruik van fossiele brandstoffen, die kunstmest, pesticiden en steeds grotere en krachtigere landbouwmachines mogelijk maakten.
Niemand boer
Vandaag werkt in de westerse wereld vrijwel niemand meer in de landbouw. Op nauwelijks een millenium tijd is het hele systeem dus op zijn kop gezet. In de gehele Europese Unie boert nog slechts 4,7 procent van de actieve bevolking (cijfers voor 2009, bron). In de rijkste Europese landen is dat nog een stuk minder, want het percentage bedraagt 12,1 procent in de twaalf nieuwste lidstaten. Maar terwijl het percentage landarbeiders blijft dalen (in 2000 bedroeg het in de Europese Unie nog 6,7 procent en in de twaalf nieuwe lidstaten nog 17,3 procent), gaat de voedselproductie steeds verder omhoog: in 2009 werd in de EU 4 procent meer voedsel geproduceerd dan in 2000.
Een moderne maaidorser (foto: hinrich)
Er wordt vaak beweerd dat de huidige wereldbevolking zodanig is toegenomen dat ze niet kan overleven zonder al die "efficiënte" machines en chemicaliën. Dat klopt niet. Er zijn voldoende onderzoeken die aantonen dat de biologische landbouw evenveel voedsel kan produceren op evenveel plaats - en bovendien met heel wat minder energieverbruik, broeikasgasuitstoot en milieuvervuiling (*). Het punt is dat we zonder kunstmest en moderne landbouwmachines het huidige landbouwoverschot niet kunnen volhouden. Met andere woorden: we zouden ons zonder die machines en chemicaliën alleen maar kunnen blijven voeden als we opnieuw met veel meer mensen op het land gaan werken.
De industriële landbouw: een reus op lemen voeten
Helaas is het industriële landbouwsysteem een reus op lemen voeten. Op een dag stort het in elkaar. Dat lijkt een straffe uitspraak, gezien de enorme hoeveelheid voedsel die het systeem nu oplevert. Maar van zodra je gaat kijken waarin de industriële landbouw precies verschilt van het traditionele systeem dat we bijna 10.000 jaar lang gebruikten, wordt de extreme kwetsbaarheid ervan duidelijk.
Duizenden jaren lang werd de vruchtbaarheid van de bodem verzekerd door de recyclage van nutriënten: het verspreiden van dierlijke (en vaak ook menselijke) mest op het land, alsook door "groenbemesting": het telen van planten louter om ze vervolgens om te ploegen. Ziekten, onkruid en schadelijke insecten werden tegengewerkt door gewasrotatie: er werd meer dan één (variëteit van een) gewas geteeld, zowel in ruimte (verschillende gewassen op een veld) als in tijd (elk jaar andere gewassen). Boerderijen waren grotendeels kleinschalige familiebedrijven, die zowel gewassen teelden als dieren hielden. De dieren aten organisch afval van de oogst en gaven daar meststoffen (en vlees) voor in de plaats. Het ging om een zelfregulerend systeem dat functioneerde in harmonie met de natuur.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Monoculturen maken de industriële landbouw extreem kwetsbaar
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
De industriële landbouw pakt de zaken heel anders aan. Met de komst van kunstmest (een product van fossiele brandstoffen) werd de kringloop van nutriënten doorbroken. Akkers of delen ervan moesten niet langer worden opgeofferd voor groenbemesting, dierlijke mest was niet langer nodig voor het vruchtbaar houden van de grond. De komst van pesticiden (herbiciden en insecticiden - ook producten van fossiele brandstoffen) zorgde ervoor dat er werd afgestapt van gewasrotatie en de nadruk steeds vaker op monocultuur kwam te liggen: vandaag is het de norm om slechts één (variëteit van een) gewas te telen op een akker, en dat elk jaar opnieuw.
Monocultuur maakte steeds meer mechanisering mogelijk, die op haar beurt de trend naar meer monoculturen versterkte. De enorme landbouwmachines van vandaag zijn alleen maar rendabel in te zetten op enorme akkers met één en hetzelfde gewas.
Een monocultuur van aardappelen. Foto: NightTree.
Het aanmoedigen van monoculturen (zowel vanuit de politiek als door de chemische industrie) en het gebruik van grote landbouwmachines maakte dat de landbouw steeds kapitaalintensiever werd, met als gevolg het verdwijnen van het familiebedrijf en de opkomst van megaboerderijen. Specialisatie was een ander gevolg. Zo werden veeteelt en gewasteelt van elkaar gescheiden, zodat dierlijke mest evolueerde van een essentieel onderdeel in de voedselproductie naar een afvalprobleem. De cruciale rol van kunstmest, pesticiden en grote landbouwmachines maakten het voortbestaan van de landbouw afhankelijk van fossiele brandstoffen.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Zware landbouwmachines vernietigen de bodemstructuur, waardoor extra energie-intensieve bewerkingen nodig zijn
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Grote en zware landbouwmachines (die tot 60 ton kunnen wegen) hebben bovendien een nefaste invloed op de bodemstructuur: ze drukken de bodem samen en vernietigen het bodemleven ("structuurbederf"), waardoor planten minder snel en goed groeien, water minder goed de grond indringt en kunstmest slechter door de gewassen wordt opgenomen. Daarom zijn extra mechanische bewerkingen op het land nodig, zoals het omwoelen van de grond, die echter bijzonder energie-intensief zijn. Tot slot is er natuurlijk ook de ecologische schade: pesticiden en kunstmest die in grote hoeveelheden in het water terechtkomen en daar alle leven om zeep helpen. Van veel in de landbouw gebruikte chemicaliën staat bovendien vast dat ze kankerverwekkend zijn.
Monoculturen zijn extreem kwetsbaar voor plagen. Een nieuw virus of een exotisch insect kan zich bijzonder snel verspreiden en enorme schade aanrichten. Ook een tekort aan fossiele brandstoffen zou de industriële landbouw doen instorten. Een derde fundamentele kwetsbaarheid is erosie en uitputting van de bodem. Samengevat werkt de industriële landbouw tegen de natuur (het is opmerkelijk dat de namen van de meeste pesticiden verwijzen naar oorlogsvoering) en is hij op termijn niet houdbaar. De moderne landbouw heeft een enorme bevolkingstoename mogelijk gemaakt, maar kan op termijn die toegenomen bevolking onmogelijk blijven voeden.
Er is maar één alternatief
Er is maar één mogelijkheid om de toekomst van de landbouw veilig te stellen en dat is terugkeren naar de onderliggende principes van het traditionele systeem - dat we verder zullen aanduiden met de term "biologische" of "organische" landbouw. Dat betekent dat we opnieuw moeten evolueren van monocultuur naar gewasrotatie en polycultuur, van gespecialiseerde landbouwbedrijven naar gemengde landbouwbedrijven, en van grootschaligheid naar kleinschaligheid, zowel wat betreft de machines als de omvang van het landbouwbedrijf.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het is alles of niets: er bestaat geen compromis tussen industriële en organische landbouw
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het is alles of niets. Het elimineren van het gebruik van pesticiden en herbiciden kan onmogelijk gebeuren in een monocultuur. Het elimineren van kunstmest kan onmogelijk gebeuren op een gespecialiseerd bedrijf. Grote, zware landbouwmachines zijn alleen maar rendabel op grootschalige, gespecialiseerde landbouwbedrijven met een monocultuur.
Teruggrijpen naar een natuurlijke landbouw zou ook de financiële positie van de boer aanzienlijk verbeteren: het geld belandt dan in zijn zakken en niet in de zakken van de chemische industrie, de machinebouwers, de brandstofleveranciers en de banken (want de kapitaalvereisten voor de moderne landbouw zijn zo hoog dat leningen noodzakelijk zijn).
100.000 onkruidwieders gezocht
In tegenstelling tot wat de chemische industrie ons probeert te doen geloven (en daar gezien haar enorme marketingbudget vaak ook in slaagt), is het perfect mogelijk om met een biologisch landbouwsysteem evenveel voedsel te produceren als met een industrieel landbouwsysteem. Het probleem is dat de traditionele landbouw meer menselijke arbeid vraagt.
Een goed voorbeeld is het wieden van onkruid. In het industriële landbouwsysteem is er maar één man nodig om een grote akker op minder dan een uur van onkruid te ontdoen. Dat gebeurt met een sproeimachine zoals hieronder staat afgebeeld (dit is een van de kleinste modellen). De armen van de machine worden uitgeklapt en verspreiden de chemische herbiciden over het veld terwijl de boer heen en weer rijdt.
In de biologische landbouw worden geen chemische herbiciden gebruikt. Voor sommige gewassen en in bepaalde situaties is het mogelijk om onkruid mechanisch te verwijderen, zowel tussen (relatief makkelijk) als in de rijen gewassen (veel delicater). Dat gebeurt dan met een tractor (soms met een paard) waar een machine voor of achter hangt die het onkruid uit de grond trekt. Voorbeelden zijn rotorwieders, vingerwieders, torsiewieders, aangedreven eggen en veertandeggen. Eggen is een eeuwenoude methode, terwijl de wieders redelijk nieuwe technieken zijn.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als het Nederlandse landbouwareaal volledig biologisch geteeld zou worden, zijn er alleen al voor het wieden van onkruid 50.000 tot 100.000 extra seizoenskrachten nodig
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het succes van mechanische onkruidbestrijding is afhankelijk van het gewas, het groeistadium van het gewas en het onkruid, de afstand tussen de rijen, de grondsoort, de toestand van de grond, en het weer. Een probleem is dat er niet zelden voor elk gewas een ander soort wieder nodig is. Als er vele verschillende gewassen worden geteeld (wat de bedoeling is bij de biologische landbouw) kunnen de investeringen dus oplopen.
De afstelling en bediening van de machine vraagt bovendien veel vakkennis en is tijdrovend. Precisie is uiteraard essentieel, zoniet rukt de machine de gewassen uit in plaats van het onkruid. Gewasschade is hoe dan ook niet te vermijden met het gebruik van mechanische wieders (een opbrengstreductie van 5 tot 14 procent ten opzichte van schoffelen).
Een vingerwieder.
Het makkelijkst gaat mechanisch onkruid wieden wanneer het gewas stevig geworteld is en het onkruidplantje nog erg klein. Mechanische onkruidbestrijding in de rij is veelal alleen mogelijk wanneer de cultuurplant een groeivoorsprong heeft op de onkruidplant. Mechanisch onkruid wieden vereist bovendien veel voorbereiding: een goede grondbewerking, rechte rijen, enzovoort.
Een onderzoek van de Universiteit Wageningen kwam tot de conclusie dat mechanische onkruidbestrijding een uitdaging blijft, vooral in gezaaide gewassen (zoals suikerbieten en uien). In alle onderzochte gewassen (maïs, zaaiuien, suikerbieten, aardappelen) bleek dat de effectiviteit lager was dan bij chemische onkruidbestrijding.
Een rotorwieder (bron: Brienen).
Volgens een ander onderzoek van dezelfde universiteit zijn er alleen al voor het wieden van onkruid in de periode mei tot juli 5.000 tot 10.000 extra seizoenskrachten nodig als Nederland 10 procent van de landbouwproductie organisch zou telen (nu zijn dat enkele procenten). Technologische verbeteringen in de mechanische onkruidbestrijding (en algemeen gebruik van al bestaande machines) zouden het aantal kunnen terugdringen tot 3.000 à 6.000 seizoenskrachten (een besparing van 40 procent). Mechanisch onkruidwieden kan het benodigde handwieden dus aanzienlijk verminderen, maar niet vervangen.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het mechanisch wieden van onkruid kan het benodigde handwieden slechts gedeeltelijk verminderen
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als het Nederlandse landbouwareaal volledig biologisch bewerkt zou worden, dan zijn er alleen al voor het onkruid wieden in de periode mei tot juli dus ruwweg 50.000 tot 100.000 extra seizoenskrachten nodig, of 30.000 tot 60.000 als de mechanische onkruidbestrijding verder wordt verbeterd en algemener wordt ingezet.
De biologische landbouw heeft ook nood aan extra arbeidskrachten voor andere taken, zoals de oogst in de periode augustus tot september. Dit omdat op biologische bedrijven, vanwege specifieke eisen aan de vruchtwisseling, relatief veel gewassen worden verbouwd en de oogst daardoor veelal minder gemechaniseerd is. Deze arbeidspiek ligt aanzienlijk lager, maar niettemin is van het totale aantal extra arbeidsuren voor 10 procent biologische landbouw (1,5 miljoen arbeidsuren) slechts de helft toe te wijzen aan het wieden van onkruid. De oogst en tientallen andere werkzaamheden vragen evenveel werk, weliswaar beter verspreid in de tijd.
Lichamelijke klachten
In rijke landen is het niet eenvoudig om al die extra arbeidskrachten te vinden. Het werk is eentonig, fysiek zwaar en belastend voor het lichaam. Bijkomende moeilijkheid is dat het wiedwerk in de biologische landbouw erg weersafhankelijk is (onkruid wordt best gewied bij droog weer) en daarom moeilijk vooruit te plannen is. Werkdagen kunnen worden onderbroken omwille van het weer. Momenteel wordt het wiedwerk op biologische bedrijven hoofdzakelijk ingevuld door studenten en asielzoekers, maar het aanbod daarvan is niet toereikend als de biologische landbouw de overhand zou nemen. Goed betaald is het werk evenmin, want dat zou de verkoopprijs van biologische producten te zeer de hoogte in jagen.
Wellicht het grootste probleem is dat het werk schadelijk is voor de fysieke gezondheid. Bij het wieden van onkruid en het oogsten van bepaalde gewassen zoals bladsla, aardbeien en radijs bewegen de werknemers zich meestal sterk gebukt of kruipend over het veld, eventueel gebruik makend van kleine gereedschappen. Die houding is belastend voor de lage rug, de knieën en het bovenlichaam.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
De kans op een terugkeer naar een duurzame landbouw is klein als we er straks allemaal een kromme rug aan overhouden.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Er is grote kans op klachten aan knieën, rug, nek en schouders. Deze klachten nemen toe naarmate het werk langer wordt uitgevoerd. Onderzoek wees uit dat bij het lopend plukken van aardbeien (vergelijkbaar met het wieden van onkruid) 25 procent van de plukkers dagelijks en 75 procent incidenteel rugklachten heeft. De kans op een terugkeer naar een duurzame landbouw is klein als we er straks allemaal een kromme rug aan overhouden.
Onbemande, autonome landbouwrobots
Behalve een toenemende mechanisatie (die haar grenzen heeft) bestaan er momenteel twee onderzoekspistes om de duurzame landbouw ook mensvriendelijk te maken: kleine, autonoom handelende landbouwrobots aan de ene kant, en hybride landbouwmachines waarbij de mens een deel van de benodigde kracht en intelligentie levert, aan de andere kant.
De eerste onderzoekspiste rekent op nieuwe technologie zoals robotica, kunstmatige intelligentie, GPS, camera's en sensoren om een nieuwe generatie kleine, lichte en onbemande machines te ontwikkelen die met velen tegelijk in het veld kunnen werken. Het pad naar meer automatisering en minder menselijke arbeid wordt hier dus verdergezet, maar de trend naar steeds grotere machines wordt omgekeerd.
Dat biedt de mogelijkheid om kleinere en onregelmatige percelen te bewerken en om verschillende gewassen op een veld te telen. Bovendien wordt zo ook het probleem van structuurbederf opgelost. Autonome landbouwrobots zouden het handmatig wieden met 80 tot 90 procent kunnen terugdringen.
Het onderzoek naar onbemande landbouwrobots is behoorlijk levendig. In Nederland vindt sinds 2003 elk jaar het internationale "Field Robot Event" plaats, een initiatief van de Universiteit Wageningen. Het evenement wil aanzetten tot het ontwikkelen van een "moderne precisie-landbouw", een nieuwe generatie robots die rijdend tussen de planten autonoom taken uitvoert zoals het wieden van onkruid, het oogsten van gewassen (er rijdt dan een andere robot achteraan die de oogst opvangt), het selectief aanbrengen van meststoffen of het controleren op ziektes.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Autonome landbouwrobots zetten het pad naar meer automatisering en minder arbeid verder, maar de trend naar steeds grotere machines wordt omgekeerd.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Ze maken gebruik van camera's, sensoren, en heel veel elektronica. Op de eerste foto hierboven staat de "Easywheels" afgebeeld, de robot waarmee een team uit Finland de tweede plaats behaalde in de editie van 2009. De illustratie hier vlak boven toont de Tsjechische Eduro, één van de kleinste landbouwrobots, de foto hieronder toont de Duitse Helios - één van de best presterende robots, bedoeld voor het wieden van onkruid.
Uit de jaarverslagen van het "Field Robot Event" (te vinden op de website) blijkt dat een ruime inzet van landbouwrobots niet voor morgen is. Momenteel wordt door de meerderheid van de teams vooral geprobeerd om de autonome robots precies door de rijen gewassen door te sturen, ze op het eind te laten keren en dan een nieuwe rij in te rijden. Maar zelfs die basistaken lopen lang niet altijd van een leien dakje. Een autonoom handelende robot is een bijzonder complexe machine en als slechts één onderdeel - in de mechaniek, de elektronica of de software - niet werkt, is de kans groot dat de robot geen kik geeft.
De grootste uitdaging is het schrijven van de software, maar ook als die goed zit, gaat er meestal wel iets anders mis. Vooral het feit dat landbouwrobots per definitie in weer en wind opereren, in steeds veranderende omstandigheden, veroorzaakt problemen: stof ontregelt een sensor, wind brengt de elektronica in de war, een takje blokkeert de stuurinrichting. Robots die in een gebouw opereren, kennen die problemen niet.
Landbouwrobots in ontwikkeling
Niettemin zijn er al een aantal autonome landbouwrobots in ontwikkeling. Uit het eveneens Nederlandse project "Kiemkracht" (een initiatief van de Commissie Teelt en het InnovatieNetwerk van het Ministerie van LNV) kwamen in 2009 ondermeer twee concepten voor "smartbots" voort: een vogelverschrikrobot (die achter ganzen aanrijdt om ze weg te jagen) en een suikerbietenrooier. De suikerbietenrooier wordt verder ontwikkeld door het Duitse robotica-instituut DFKI in samenwerking met een producent van landbouwmachines. In maart 2011 maakte de EU 8 miljoen euro vrij voor het project.
De Duitse landbouwmachinebouwer Amazone-Werke ontwikkelde een prototype van een robot genaamd "BoniRob", een autonoom handelende machine die door het veld rijdt en gegevens van planten verzamelt, met het oog op het voorkomen van ziektes en een betere veredeling van de gewassen (meer info hier). Harvest Automation is een Amerikaanse bedrijf - opgericht door enkele bedenkers van de stofzuigende robot Roomba - dat werkt aan autonome landbouwrobots.
Het Deense FieldRobot heeft interessante prototypes klaar. Eén daarvan is een autonoom handelende onkruidwieder, speciaal gericht op het gebruik in biologische teelten. Fieldrobot concentreert zich op de ontwikkeling van een basisarchitectuur voor landbouwrobots, zodat er vervolgens makkelijk allerlei nieuwe toepassingen kunnen worden toegevoegd. Er zijn sinds kort zelfs enkele landbouwrobots te koop: het Spaanse bedrijf Agrobot en de Amerikaanse firma Robotic Harvesting bieden sinds kort een autonoom handelende aardbeienplukker aan.
Hybride landbouwmachines
Een tweede onderzoeksgebied mikt niet op autonome machines, maar integendeel op een combinatie van machinale en menselijke kracht en intelligentie. Het gaat hier om hybride machines, waarbij moderne kennis en technologie wordt ingezet om de mens bij te staan, niet om hem te vervangen. Deze benadering gaat dus uit van het gegeven dat de mens hoe dan ook een grotere rol zal spelen in de landbouw van de toekomst. De technologie is gericht op het verminderen van de lichamelijke belasting.
Het gaat hier hoofdzakelijk om een verbetering van de zogenaamde "werkbedden", die kunnen worden ingezet voor zowel het wieden van onkruid als het planten, selecteren en oogsten van gewassen. In plaats van deze taken gebukt of kruipend uit te voeren, liggen de werknemers op hun buik op een voertuig dat meestal door een tractor wordt voortgetrokken. Op een werkbed liggen meestal vier tot acht mensen, maar het kunnen er ook minder zijn. Sommige modellen zijn zelfrijdend, bestuurd door een van de mensen die er op ligt.
Op het traditionele werkbed liggen de werknemers op een vlak bed en wordt het hoofd gesteund door een elastiek of een stoffen band. Bij een ander soort werkbedden liggen de werknemers met enigszins opgetrokken knieën. Een voorbeeld is het zelfrijdend wiedbed met rupsbanden van de Zweedse firma Drängen (beschikbaar met één, twee of vier ligbedden), aangedreven door een verbrandingsmotor en bestuurd door voetpedalen (foto hieronder). Bijkomend voordeel van een zelfrijdende machine is dat er geen extra persoon nodig is om de tractor te besturen, en dat het gewicht verder omlaag gaat.
Een derde categorie zijn "werkbedden" waarbij de werknemers rechtop zitten. Ook die kunnen zowel achter een trekker hangen als zelfrijdend zijn. Ook zijn er modellen die met de benen worden voortbewogen, zoals de eenvoudige machine hieronder.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hybride landbouwmachines zetten moderne kennis en technologie in om de mens bij te staan, niet om hem te vervangen.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Werkbedden die gebruikt worden voor de oogst of voor de selectie (waarbij zieke planten uit de gewasrij worden verwijderd) beschikken over een laadbak of laadzakken en soms ook over een transportband die de gewassen er naartoe transporteert. Op de foto hieronder staat een experimentele machine om augurken te oogsten.
Werkbedden worden al ingezet op biologische boederijen, met name voor het wieden van onkruid (in verschillende teelten) en voor het selecteren van gewassen (wat gebeurt in de aardappelteelt). De inzet ervan is evenwel beperkt, en de mogelijkheden voor hun gebruik zijn in principe veel groter. Er zijn heel wat bewerkingen die - eventueel na aanpassing van het werkbed - op deze manier zouden kunnen worden uitgevoerd. In alle teelten kan onkruid gewied worden en werkbedden zouden ook kunnen worden ingezet voor het planten en oogsten van veel gewassen.
Technologie moet beter
Het grootste probleem van hybride landbouwmachines is dat er nauwelijks onderzoek naar gebeurt en dat slechts een bijzonder klein aantal fabrikanten ze ontwikkelt (de meeste modellen zijn op een boerderij in elkaar geknutseld). Er is nog heel wat ruimte voor verbetering. Eén aspect dat meer aandacht verdient is de ergonomie. Het grote voordeel van de reeds bestaande werkbedden is dat er bij de werknemers geen rugklachten optreden, en dat ook de halswervels, heupen, benen, knieën en enkelgewrichten veel minder belast worden. Maar hoewel de algemene belasting op het lichaam duidelijk lager is dan bij handwieden, komen er ook bij het gebruik van werkbedden fysieke klachten voor, zo blijkt uit een eerste verkennend onderzoek ("Ergonomische verbetering van handwerk aan de grond in de open teelten").
Bij liggend werken moet het hoofd worden ondersteund omdat de nekwervels anders te veel zouden worden belast. Dat leidt na enige tijd tot pijn aan het hoofd. Die pijn kan verlicht worden door het gebruik van kussens (zoals bij de Zweedse machine), maar die belemmeren de communicatie. Goed kunnen praten is niet alleen essentieel voor het werk zelf, maar ook van sociaal belang. Er treedt ook drukpijn op aan de schouders, de oksels en de borst, al is die in grote mate afhankelijk van de ergonomie van het werkbed.
Gênante houding
Werkbedden waarbij de werknemers met opgetrokken knieën blijken fysiek minder belastend te zijn dan vlakke ligbedden. Het probleem is hier dat niet iedereen - vooral vrouwen - die houding met plezier aanneemt. Een nadeel van werkbedden tegenover handmatig wieden is dat er nauwelijks afwisseling mogeljk is in de lichaamshouding. Een mogelijke oplossing daarvoor is het ontwerp van een werkbed waarbij elke individuele plaats een iets andere houding vraagt, waarbij de werknemers periodiek van werkbedtype wisselen. Wel mag het afstellen van de individuele bedden dan niet te veel tijd kosten: voordeel van een vlak traditioneel ligbed is dat vrijwel iedereen er op past. Er valt ongetwijfeld ook veel te leren uit het ergonomisch onderzoek in andere domeinen, zoals ziekenhuisbedden en bureaustoelen.
Elektrische voertuigen
Verder worden stank en het lawaai van de dieseltractor als hinderlijk ervaren. Ook de Zweedse zelfrijdende machine werkt met een verbrandingsmotor. Dit euvel is intussen aangepakt door een paar nieuw ontwikkelde machines, die werken op batterijen. De eerste is de "Wiedkever" (met vier ligbedden) die door de Nederlandse biologische akkerbouwer Van Hootegem werd ontwikkeld (foto hieronder). De Wiedkever beschikt over luchtbanden, wordt bediend met een joystick en rijdt op batterijen. De machine kan ook met zitplaatsen in plaats van ligplaatsen worden uitgerust.
Het tweede voorbeeld is de machine die de Nederlandse organisatie De Twaalf Ambachten laat ontwikkelen door Paul Meinders en Wim Steverink. Een prototype van de machine wordt komende vrijdag 25 november voorgesteld op een studiedag in 's-Hertogenbosch (meer informatie). De Twaalf Ambachten heeft een machine op het oog die rijdt op rupsbanden en een zonnepaneel op het dak heeft voor het opladen van de batterij. Het tuig moet minder dan 500 kilogram wegen, inclusief twee werknemers en twee lithium-batterijen. De aandrijving bestaat uit twee elektromotoren (één voor elke rupsband) met een totaal vermogen van 3 tot 5 PK.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het grootste probleem met hybride landbouwmachines is dat er nauwelijks onderzoek naar gebeurt - de technologie kan veel worden verbeterd
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Er wordt ook vooruitgang geboekt met het ontwerp van hybride plantmachines. Hieronder staat een machine afgebeeld waarmee bloemkool wordt geplant op het biologische bedrijf van David Luteijen in Zeeuws-Vlaanderen. Ook het planten van bijvoorbeeld aardbeien, prei en asperges kan op deze manier gebeuren. Het voordeel is dat de werknemers zich niet moeten bukken, terwijl de machine veel lichter is dan de industriële, volledig geautomatiseerde variant. Daardoor blijft de bodemstructuur intact en kan het voertuig op elektriciteit rijden.
Een bijkomende moeilijkheid bij het ontwerp van hybride landbouwmachines is dat ze niet duur mogen zijn. Het probleem is namelijk dat het gebruik van hybride landbouwmachines niet leidt tot een arbeidsbesparing of tijdwinst in vergelijking met handmatig wieden. Dat is met name zo wanneer er meerdere mensen tegelijk op een werkbed liggen (wat op het vlak van investeringen economisch gezien wel de beste keuze is). Dat komt omdat onkruid in de praktijk vaak ongelijk verdeeld is over het veld.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hybride landbouwtuigen moeten goedkoop zijn want ze leveren geen tijdwinst of arbeidsbesparing op
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Omdat wieders elkaar niet kunnen helpen moeten ze op elkaar wachten zodat de traagste wieder of de rij met het meeste onkruid het tempo bepaalt. Bij handmatig wieden is dat niet zo. Een mogelijke oplossing hiervoor is het gebruik van een of meerdere "nalopers": werknemers die achter het werkbed lopen en handmatig onkruid verwijderen dat de werknemers op het werkbed laten staan. Zo kan het tempo worden opgedreven. Bijkomend voordeel is dat er een rotatie mogelijk is van de werknemers, zodat er meer afwisseling is in de fysieke activiteit. Een korte pauze bij het keren op de akker, waarbij de werknemers even afstappen, vermindert de lichamelijke belasting aanzienlijk.
Wat zal het worden?
Het ontwerp van autonome landbouwrobots sluit het best aan bij de geest van deze tijd. Het is een hoogtechnologische oplossing, die de aandacht trekt van universiteiten, onderzoeksinstellingen en politici. Voor hybride landbouwmachines, waarbij de mens een deel van het werk levert, is dat veel minder het geval. Nochtans beloven die minder complex en goedkoper te zijn.
Vergeleken met de onderzoeksbudgetten voor grote landbouwmachines, genetisch gewijzigde gewassen en chemicaliën, betekenen de onderzoeksbudgetten voor zowel autonome landbouwrobots als hybride landbouwmachines natuurlijk niets. Het heeft dus weinig zin om beide alternatieven voor kleine landbouwmachines tegen elkaar uit te spelen: beter spannen ze samen om de industriële roofbouw voorgoed naar de geschiedenisboeken te verbannen.
Kris De Decker
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Verwante artikels:
- De Chinese zonnekas: een alternatief voor de glastuinbouw?
- Haal de paarden van stal: de tractor is nergens voor nodig
- Uw stoelgang kan de wereld redden: hoe de kringspier de kringloop kan sluiten
- Weg met het gazon: prairietuinen, regentuinen, puintuinen en beestentorens
- De vergeten toekomst van de fietsmachine: een boederij op trapkracht
- Insectenvlees: een alternatief voor vegetarisme?
- Maak je eigen lowtech verticale moestuin
- Leven zonder koel- en vriekast (1): maak een zonnedroger
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
(1)
Weer een voorbeeld van baanbrekend informatieve voorlichting van Lowtech Magazine, baanbrekend omdat in de media momenteel berichtgeving en eerlijke voorlichting over landbouw uitermate zeldzaam zijn geworden. De belangstelling voor landbouw bij het grote publiek -en dit geldt zeker voor Nederland - betreft alleen de bereiding van de lekkere hapjes. Topkoks en culinaire hoogstandjes staan in het brandpunt van de belangstelling en leveren voorspelbaar de meeste advertenties op van de voedingsmiddelen industrie.
Het kon dan ook vrijwel onopgemerkt gebeuren, dat het gemiddeld inkomen van boeren en tuinders in Nederland na 2008 werd g e h a l v e e r d, zonder dat er in de pers meer dan enkele regels aan werden besteed. Welke beroepsgroep zou een halvering van zijn inkomen zonder slag of stoot hebben geaccepteerd?
In dit nieuwe artikel geeft Kris De Decker een zeer reeel - bijna rauw - beeld van de hoeveelheid menselijke arbeid zoals die gevraagd zal worden door de toekomstige duurzame en biologische landbouw. Dit zal dan de stadsgerichte kringlooplandbouw zijn, die op regionale schaal voor het voedsel van het overgrote deel van de mensheid zal moeten zorgen. En dat overgrote deel woont in de wereldsteden. Het is een kleinschalig type landbouw, die het naast biodiversiteit zal moeten hebben van het uiterste aan recycling van organische reststoffen, menselijke uitwerpselen en urine nadrukkelijk daarbij inbegrepen. Dat gebeurt zodra een te hoge olieprijs kunstmest onbetaalbaar heeft gemaakt en de fosfaatertsreserves van de wereld zijn uitgeput. Vooral onze urine is dan de enige overgebleven bron ter wereld die het fosfaattekort kan compenseren. Zodra dit allemaal gebeurt zal de mens zich eindelijk hebben geschikt in de natuurlijke organische kringloop, waar ieder levend wezen aan is onderworpen.
Of de landbouw ooit over het aantal werknemers zal kunnen beschikken dat echt nodig zal zijn als olieschaarste machinearbeid te duur maakt, is de vraag. Voor de moderne westerse consument is landarbeid iets middeleeuws en zoiets moet je nooit willen. Maar waar laten wij het groeiend leger van jeugdige werklozen? Op de conferentie van De Twaalf Ambachten die Kris noemt (25 november in den Bosch in de Verkadefabriek) vertelt de biologische boer ir. Gert Jan Jansen uit Twello hoe hij mensen, die een gratis volkstuin bij hem willen beheren en in ruil daarvoor willen meehelpen op zijn boerderij (en dan de helft van de geldelijke opbrengst van door hen verkregen producten krijgen) door hem worden opgeleid. Dan kan het begin zijn van een ware omwenteling!
Sietz Leeflang
Geplaatst door: Sietz Leeflang | 23 november 2011 om 00:16
(2)
Inderdaad weer een erg informatief artikel van Lowtechmagazine, dank!
Denk ook dat oplossingen moeten worden gezocht in een combinatie van technieken.
Gebruik van permacultuurprincipes in de landbouw, kan de werkdruk door wieden nog wat verlagen, er wordt wel gewied in en tussen de rijen, maar minder.
Daarnaast snap ik dat voltijd wieder/oogster zijn saai is, voltijd op kantoor zitten vind ik ook saai.
Als meer mensen parttime op het land werken, is het probleem van de fysieke belasting en de saaiheid kleiner.
Sterker nog als bekenden klagen dat ze naar de sportschool moeten omdat ze klachten hebben vanwege kantoorwerk, dan denk ik, wat een verspilling, ik heb nog wel een klusje voor je, lekker buiten in de tuin!
Geplaatst door: Maranke Spoor | 23 november 2011 om 13:39
(3)
Mooi artikel,geeft een goed overzicht van de problemen binnen de mechanisatie van de landbouw. Echter zijn een aantal uitspraken m.i. niet juist. In het stuk over de hybride machine wordt beschreven dat het liggend wieden geen arbeidstijdsbesparing zou opleveren. Het wieden gaat gemiddeld 2 tot 3x zo snel gezien het feit dat beide handen gebruikt kunnen worden, en bij slecht weer, natte grond is het rendement vaak nog hoger. Wij werken dan niet met grote aantallen bedden, maar gebruiken er drie naast elkaar.
Geplaatst door: Paul Meinders | 23 november 2011 om 15:33
(4)
Interessant. Maar ik denk ook wel dat (zoals Maranke reeds aangeeft) een - liefst ver doorgedreven - permacultuurlandbouw de hoeveelheid noodzakelijke handenarbeid kan beperken. Natuurlijk zullen er nog steeds een pak meer mensen in de landbouw moeten gaan werken dan nu het geval is, o.a. omdat al het werk dat moet gebeuren, zeer moeilijk kan geautomatiseerd worden.
Maar zoals het gebruik van pesticiden een strijd tegen de natuur is, is ook een biologische landbouw waarbij men streeft naar kale en onkruidvrije grond een (minder vervuilende) strijd tegen de natuur.
Permacultuur werkt toch meer met de natuur dan ertegen en haalt bovendien het optimale uit wat een bepaalde oppervlakte landbouwgrond te bieden heeft.
Geplaatst door: Renaat | 23 november 2011 om 23:24
(5)
Een mooi documentaire over permacultuur: http://video.google.com/videoplay?docid=2750012006939737230
Op 40.50 legt een permacultuur'boer' ook uit hoeveel werk zijn 'boerderij' hem kost en hoeveel ze opbrengt.
Geplaatst door: Renaat | 23 november 2011 om 23:38
(6)
Groot compliment weer voor Kris De Decker! Voor zijn goede neus voor nieuwe onderwerpen en voor de gebruikelijke combinatie van doorwrochtheid en goede leesbaarheid.
Ik denk dat kleinschalige intelligente technieken met een lage energieafdruk inderdaad de toekomst zijn, in allerlei sectoren. En ja, fysieke arbeid is goed voor een mens!
Wat ik mis is echter een financieel plaatje: kan een biologische boer met een boel landarbeiders echt concurreren met de industriële boer (van wie bijna alles feitelijk van de bank is (maar dat is weer een ander probleem))?
Geplaatst door: Thijs Bollen | 24 november 2011 om 01:05
(7)
Ik wil even reageren op Thijs Bollen. Je raakt voor mij de kern van de zaak bij de vraag voor een financieel plaatje. Ik heb er geen oplossing voor, maar ik denk dat wij als mens ook moeten kijken naar de manier waarop onze economie draait. Het is toch eigenlijk gek dat een boer het productiemiddel in privé bezit heeft, en dat een aantal mensen daar dan als moderne lijfeigenen in dienst zijn. Nieuwe vormen van stadslandbouw projecten vragen ook om nieuwe economische modellen ( "de aarde is van ons allemaal") en misschien wordt het tijd dat de bedrijven meer vanuit de coöperatie gedachte dienen te worden opgezet. Vanuit de Antroposofie en de aanverwante ideeën over de sociale driegeledingsgedachte wordt ook geschreven dat productiemiddelen niet in prive handen terecht moeten komen, maar vanuit het gelijkheidsbeginsel dienen te worden beheerd. Ik weet dat het een utopie is te denken dat dat nu allemaal mogelijk is, maar het is wel iets waarna wij zouden moeten streven.
Geplaatst door: paul Meinders | 24 november 2011 om 08:09
(8)
als ik het artikel lees en laat bezinken, komt bij mij spontaan het beeld op van een coöperatieve of commune op, waar de mensen terug op respectvolle manier met elkaar omgaan en tevens deeltijds voor eigen levensonderhoud werken. de resterende tijd dan een andere job uitvoeren om de luxe die we nu hebben te verwerven.
Geplaatst door: geert | 24 november 2011 om 10:58
(9)
Ik sluit me helemaal aan bij het gedachtengoed van de gemeenschap, waarin ieder persoon zijn bijdrage kan leveren aan het zorgen voor het voedingproces in alle onderdelen ervan. Net waar je hart en je tijd naar uitgaan.
Zo voorkom je depressieve mensen die zich nutteloos en aan de zijlijn voelen wat een hoop in de collectieve zorgkosten scheelt. Je zou hiervoor zelfs subsidie kunnen krijgen, het hen begeleiden in o.a. lekker buiten je handen uit de mouwen steken.
Verder heb je bij gevarieerde teelt minder last van onkruid. Ook bepaalde hagen tussen de gewassen kunnen helpen om onkruid en insecten te weren. Lees verder over de landbouwcommune van Findhorn, wat zeer inspirerend is.
Geplaatst door: Gertruud Reus | 24 november 2011 om 12:57
(10)
De autonome landbouwrobots sluiten wel meer aan deze tijd....maar dat is denk ik nogal hoogtechnologische "vlug stuk stuff"
Zelf ben ik dagelijks bezig met het onstoren en herstellen van installatie's in gebouwen(liften)
Ook veel sensors en parrameters instellen en "toeters en bellen".
Dat is geen lowtech meer...moet je niet mee beginnen op een akker in de regen,of volle zon,en stof enz...problemen verzekerd
Geplaatst door: Walter | 24 november 2011 om 18:44
(11)
Mooi artikel, maar typisch iets van de moderne tijd.
We weten dat er een probleem is, schuiven het terzijde en gaan later met veel moeite het probleem oplossen. De onkruidzadenvoorraad in de grond moet je aanpakken voor het zaaien van de gewassen, niet erna. Bijkomend voordeel is dat je gelijk de bemesting gedeeltelijk doet.
Geplaatst door: Henk de Mink | 24 november 2011 om 21:07
(12)
Ik ben sinds een aantal jaar nu reeds lid van de allereerste zelfoogstboerderij in Vlaanderen (Community Supported Agriculture (CSA)), namelijk het Open Veld in Leuven. Het concept is zeer eenvoudig: mensen betalen jaarlijks aan het begin van het seizoen een bijdrage aan de boer waarvoor ze dan het hele seizoen zelf verschillende biologisch gekweekte groenten kunnen gaan oogsten op het veld. Dit systeem heeft een aantal belangrijke voordelen ten opzichte van conventionele grootschalige (biologische) monoculturen:
1)Door de grote teeltvariëteit is het risico op totale misoogst, bodemuitputting door gebrek aan teeltrotatie (xx-delig stelsel) of gebrek aan biodiversiteit veel kleiner.
2)Minder inkomensonzekerheid voor de boer door voorafbetaling
3)Tijdens drukke perioden (vb.: wieden in de zomer) kan de boer rekenen op de vrijwillige hulp van een deel van de leden (300-tal)
4)Veel minder ingebedde energie en productiekosten door het niet gebruiken van pesticiden, oogst-, koel-, opslag- en transportsystemen. Het is trouwens moeilijk naast zelfoogst een ander betaalbaar oogstsysteem uit te denken dat een dergelijke grote teeltvariëteit zou aankunnen.
5)Meeste leden wonen in de buurt en komen met de fiets dus minder transportemissies/accidenten
6)Veel groenten zijn niet beschikbaar in grootwarenhuizen en/of het smaakprofiel is niet te vergelijken door de veel kortere tijd tussen oogsten en bereiden
7)Is goedkoper dan (biologische) groenten uit het grootwarenhuis (afhankelijk van uw oogstefficiëntie en arbeidskost; wachten aan de kassa vraagt ook tijd)
8)Is gewoon veel leuker dan naar de winkel te gaan!
Het systeem is zo aantrekkelijk dat nu, 5 jaar nadat het Open Veld werd opgericht door Tom Troonbeeckx, er reeds 8 dergelijke boerderijen zijn in Vlaanderen. Er werd recent ook een koepelvereniging opgericht: CSA Vlaanderen (url: http://www.csa-netwerk.be/).
En dat allemaal zonder subsidies! Groen voedsel is nochtans ook groene energie...
Geplaatst door: Johan V | 24 november 2011 om 22:34
(13)
Mijn collega Taco heeft een wiedwieltje op zijn tuinderij op permacultuurbasis. Het wiedwieltje heeft messen aan 2 zijden, hiermee loopt hij rechtop langs de rijen.
Erg low tech.
Voor wie nog wat meer wil weten over wat permacultuur is, is hier een radiointerview met me te downloaden.
http://www.pianowerkplaats.nl/permacultuur/interview/
Geplaatst door: Maranke Spoor | 25 november 2011 om 21:18
(14)
Een aantal mensen laat hier de term "permacultuur" vallen. Ik heb daar niets op tegen, maar ik zal de term op Lowtech Magazine nooit zelf gebruiken.
In feite is permacultuur een merknaam, te vergelijken met de "kringlooplandbouw" die Sietz Leeflang kort geleden heeft geïntroduceerd (een term die ik evenmin zal hanteren). Hoewel er verschillende accenten worden gelegd, doelen deze termen in essentie allemaal op hetzelfde: een landbouw zoals hij voor de komst van fossiele brandstoffen werd bedreven. In een boek over permacultuur vind je niets terug dat je ook niet in een boek over de geschiedenis van de landbouw kan vinden.
Ook met de termen "organische", "ecologische" of "biologische" landbouw ben ik niet erg gelukkig, ook al gebruik ik die wel omdat het kind nu eenmaal een naam moet hebben, en omdat de biologische landbouw een essentiële lijn trekt: geen pesticiden, geen kunstmest. Al de rest volgt daar uit. Het zijn de pesticiden en de kunstmest die de landbouw veranderen van een systeem dat duurzaam is (=in principe eeuwig kan worden volgehouden) in een systeem dat roofbouw pleegt en dus niet kan worden volgehouden.
In feite is het de industriële landbouw die een etiket zou moeten worden opgekleefd. Alles wat nu als "alternatieve" landbouw wordt bestempeld, is al duizenden jaren de normale vorm van landbouw. Het zou niet mogen zijn dat producten van biologische landbouw een etiket dragen dat zegt "dit product is biologisch geteeld". Een product van de industriële landbouw zou een etiket moeten dragen dat stelt dat het geteeld is met behulp van pesticiden en kunstmest.
Geplaatst door: Kris De Decker | 26 november 2011 om 00:40
(15)
Wie van de lezers is bereid om regelmatig, dus niet af en toe, dit wiedwerk te doen?
Nu al is het moeilijk om plukkers te vinden. De stelling "alles of niets" negeert dit.
De forse uitspraak: "dat de biologische landbouw evenveel voedsel kan produceren op evenveel plaats" krijgt geen enkele onderbouwing. Alsof kunstmest geheel overbodig is.
Geplaatst door: mark | 26 november 2011 om 13:31
(16)
@ Mark (#15):
Hier enkele links naar onderzoeken die aantonen dat je zonder kunstmest evenveel voedsel kan produceren op evenveel ruimte:
http://www.rodaleinstitute.org/fst30years
http://planetgreen.discovery.com/food-health/un-report-released-can-organic-farming-feed-the-world.html
http://www.sciencedaily.com/releases/2007/07/070711134523.htm
http://www.grist.org/industrial-agriculture/2011-03-10-debunking-myth-that-only-industrial-agriculture-can-feed-world
http://ecommons.cornell.edu/bitstream/1813/2101/1/pimentel_report_05-1.pdf
Je schrijft: "Wie van de lezers is bereid om regelmatig, dus niet af en toe, dit wiedwerk te doen?"
Het punt is nu net dat dit werk seizoensgebonden is. Dus de correcte vraag is: wie van de lezers is bereid om dit werk af en toe te doen? En dan stel ik me alvast kandidaat. Als we de 700.000 arbeidsuren die nodig zijn voor het wieden in Nederland zouden verdelen over de 7,5 miljoen Nederlanders die de actieve bevolking vormen, dan moet ieder van hen minder dan tien minuten per jaar onkruid wieden.
Betreft je opmerking: "De stelling alles of niets negeert dit"
Je kan inderdaad niet zomaar van vandaag op morgen overschakelen van industriële naar organische landbouw. Er is een overgangsfase nodig:
http://12.000.scripts.mit.edu/mission2014/solutions/organic-industrial-agriculture
Geplaatst door: Kris De Decker | 26 november 2011 om 14:30
(17)
@Kris De Decker,
Dank voor de verwijzingen, die derde met een drievoudige opbrengst is opmerkelijk.
De laatste verwijzing met in de eerste periode een acherblijfende opbrengst, verklaart veel!
Toch denkt "Wageningen" daar anders over, zoals:
http://digischool.nl/ak/legotheek/artikelen/hv2-wieden-sch.htm en ook in
http://resource.wur.nl/wetenschap/detail/de-aarde-is-moe-zeggen-boeren-in-mali/
Een duidelijk twistpunt, dus niet zo zwart-wit.
Geplaatst door: mark | 27 november 2011 om 18:42
(18)
@Kris,
Ben met je eens dat producten uit de industriele landbouw een etiket zouden moeten krijgen met daarop zoiets als "Industrieel geproduceerd" erop.
Ik vind het eigenlijk meer dan een beetje zot, dat industrieel geproduceerde producten gangbaar of regulier worden genoemd, terwijl biologisch keurmerkettiketten draagt.
Keurmerken waar bovendien een hoop mis mee is, vele producten met bio-keurmerk zijn geteeld in grote industriele monoculturen.
Zie bijv: [LINK TIJDELIJK VERWIJDERD OP VERZOEK VAN DE MAKERS VAN HET FILMPJE] voor erg kort filmpje van de voorzitter van Das en Boom die dat ook stelt.
Met je stelling over permacultuurboeken ben ik het echter niet eens. Je mag er wel eens een aantal van me lenen.
Maar hoe het beestje heet vind ik niet zo belangrijk, ik gebruik dan weer het woord permacultuur omdat het beestje nu eenmaal een naam moet hebben. Elk woord kan zelf weer onderwerp worden van discussie, afleidend gedoetje, lastig, het woord duurzaamheid is ook een beetje een buzzword geworden, Maar ehh wat we doen is toch echt streven naar maximale duurzaamheid op diverse terreinen, en dat is volgens mij precies wat jij doet op deze site. Een site die ik graag en regelmatig lees, en aanbeveel aan studenten.
En ja hoor, ik wil best af en toe wieden. Af en toe vind ik het heerlijk!
Geplaatst door: Maranke Spoor | 27 november 2011 om 20:54
(19)
@ Maranke:
Dat elk woord zelf weer onderwerp van discussie kan worden, zoals je schrijft, is precies de reden waarom ik de term permacultuur liever niet gebruik, zeker niet in dit artikel. De meeste mensen kennen de term "organische landbouw" onderhand wel, terwijl permacultuur uitleg behoeft.
Maar uiteraard ben ik helemaal niet tegen permacultuur - wel integendeel. Aangezien het mijn mening is dat permacultuur erg gelijkt op de pre-industriële vorm van landbouw, heeft ze al mijn steun. Dat permacultuur een soort merknaam is geworden, is overigens geen kritiek: je kan geen beweging van de grond krijgen zonder er een term op te plakken. Daarbij trek je met een concept als permacultuur ongetwijfeld meer mensen aan dan met een "terug naar vroeger" strategie.
Misschien moet ik inderdaad een artikel schrijven dat specifiek aan permacultuur gewijd is, om uit te zoeken wat precies de innovaties ervan zijn. Ik wil daarvoor graag je boeken lenen, onder één voorwaarde: dat ik jou mijn boeken over de geschiedenis van de landbouw mag lenen ;-) In de video die Renaat hierboven aanraadde, zag ik heel interessante dingen: maar van allemaal kan ik aantonen dat ze niet nieuw zijn.
Geplaatst door: Kris De Decker | 27 november 2011 om 22:01
(20)
@ Mark (#17). Tussen haakjes, Roland: ik zou het appreciëren dat je gewoon met dezelfde naam ondertekent die je hier al jaren gebruikt. Ik heb je niet verboden om op Lowtech Magazine reacties te plaatsen, ik heb je alleen verzocht om maat te houden en slechts te reageren als je iets te melden hebt waar de rest van de lezers ook iets aan heeft.
Ter zake dan. Er is absoluuut geen sprake van een "duidelijk twistpunt". Toch niet wanneer het de resultaten van onafhankelijk onderzoek betreft. Het punt is dat de chemische industrie een enorme machtspositie heeft, die ze gebruikt om onderzoeksresultaten, journalistieke reportages en meningen van professoren te fabriceren die in haar kaart spelen.
Met chemische landbouw en genetische gewijzigde gewassen valt erg veel geld te verdienen. Met biologische landbouw absoluut niet. Daar worden alleen de boer, de consument en de biodiversiteit beter van.
Aan de ene kant hebben we onderzoeksresultaten van onafhankelijke wetenschappers - de links die ik je gegeven heb. Aan de andere kant heb je promotie die verkocht wordt als onafhankelijke journalistiek of wetenschap. Het is precies hetzelfde mechanisme dat door de olie-industrie en de tabaksindustrie wordt gehanteerd.
Lees er de driedelige reportage maar eens op na die EOS momenteel brengt over de banden tussen de industrie en de universiteiten (staat niet online, helaas). Of volg de link naar de reportage van Grist.org die ik in mijn eerdere reactie plaatste, waarin gedetailleerd wordt gedemonstreerd hoe het weekblad The Economist zich laat misbruiken als spreekbuis van de chemische landbouwindustrie. Of leer over de praktijken die Monsanto hanteert om haar producten door de strot van alle boeren ter wereld te duwen. De film "The world according to Monsanto" is een goed vertrekpunt: http://www.youtube.com/watch?v=Rml_k005tsU&feature=related
Dat wil niet zeggen dat kritiek op de biologische landbouw altijd ongerechtvaardigd is. Maar de links die je publiceert, bestaan louter uit meningen ("En het blijft immoreel te beweren dat de biologische landbouw de wereldbevolking kan voeden"), zonder dat er enige onderbouwing voor wordt gegeven.
Geplaatst door: Kris De Decker | 27 november 2011 om 23:04
(21)
Opnieuw een interessant artikel.
Toch ben ik niet helemaal overtuigd. Ik snap heel goed dat de grootschalige extreem-intensieve landbouw geen antwoord biedt op de vele milieu-uitdagingen. Maar is biologische landbouw dan de enige oplossing? Is er geen tussenoplossing mogelijk waarbij je het beste van de twee combineert en een soort van duurzaam optimum krijgt? Ik kan me inbeelden dat niet alle pesticiden, kunstmestsoorten, landbouwvoertuigtypes... uit de traditionele landbouw even schadelijk zijn voor mens en milieu, terwijl ze wel voor een hoge opbrengst zorgen.
Eigenlijk zou je een soort van ecologie/opbrengst afweging per teelt moeten maken. De klassieke fruitteelt is wellicht zeer schadelijk vanwege pesticides terwijl je met biologisch fruit ook mooie rendementen krijgt (dus hier wint biologische fruitteelt). Bij graanteelt kan ik me voorstellen dat het (duurzaam) maatschappelijk optimum toch uit een beperkt gebruik van pesticide/kunstmest/grote dorser bestaat (ik ben geen expert, ik geef het louter als hypothetisch voorbeeld) en niet de volledig biologische variant.
Dit lijkt me toch een belangrijke vraag vanuit duurzaam standpunt. Wat is de prioriteit? Zoveel mogelijk biologische boeren erbij of de klassieke landbouw op een duurzamere (maar niet volledig biologisch) leest schroeven?
Geplaatst door: stijn | 28 november 2011 om 15:09
(22)
@ Stijn:
Je schrijft: "Ik kan me inbeelden dat niet alle pesticiden, kunstmestsoorten, landbouwvoertuigtypes... uit de traditionele landbouw even schadelijk zijn voor mens en milieu, terwijl ze wel voor een hoge opbrengst zorgen."
Dat eerste kan kloppen, maar wat de aangehaalde onderzoeken aantonen, is dat pesticiden, kunstmest en mechanisatie NIET voor een hogere opbrengst zorgen.
Van vandaag op morgen overschakelen op 100 procent biologische landbouw zou de voedselopbrengst inderdaad aanzienlijk verlagen. De biologische landbouw erft namelijk de uitgeputte bodems van de industriële landbouw. Het mooie aan organische landbouw is dat het de bodemvruchtbaarheid op termijn verbetert, terwijl de industriële landbouw net het tegenovergestelde doet. Maar daar is tijd voor nodig.
De twee systemen verzoenen is niet zo simpel. Grootschaligheid en monocultuur vormen de kern van de industriële landbouw. Maar de biologische landbouw steunt op gewasrotatie en polycultuur. Het gebruik van autonome landbouwrobots zou je als een compromis kunnen bescchouwen, maar de technologische uitdagingen zijn erg groot.
Een ander mogelijk compromis is het planten van meer dan één variëteit van hetzelfde gewas. Dat zou in elk geval de hoeveelheid benodigde pesticiden kunnen terugdringen, terwijl grootschaligheid en de inzet van grote landbouwmachines nog altijd mogelijk blijven. Maar de industriële landbouw gaat met het gebruik van genetisch gewijzigde organismen momenteel juist de andere richting uit. Bovendien zou het alleen een antwoord bieden op het gebruik van pesticiden.
Een ander mogelijk compromis is opnieuw de kringloop sluiten door middel van het hergebruik van mest (en groenafval). Maar zonder het systeem zelf aan te pakken, betekent dat het verschepen van enorme hoeveelheden stront over de hele planeet (aangezien onze koeien en varkens graan en soja eten die uit Brazilië worden ingevoerd, moet de mest in principe naar daar). Het is de vraag of je zo uiteindelijk niet meer fossiele brandstoffen verbruikt dan wanneer je gewoon kunstmest gebruikt.
In principe kan een gemengd landbouwbedrijf ook grootschalig zijn: enorme graanvelden aan de ene kant van de boerderij, een hoop varkens en koeien aan de andere kant. Kunstmest is dan niet langer meer nodig. Maar er zijn zoveel koeien en varkens in België en Nederland dat er niet genoeg landbouwgrond is om hun veevoeder ter plaatse te kweken.
Je voorstel om een soort van ecologie/opbrengst afweging per teelt te maken, lijkt me zinnig. We zouden met fruit en groenten moeten beginnen. Graan - ons basisvoedsel - is een wat grotere uitdaging.
http://www.spna.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=90&Itemid=85
Daar moet de oplossing bovendien ook gezocht worden in substitutie: een groot deel van de graanproductie is immers bedoeld als veevoeder. Net als het energievraagstuk zou het voedselvraagstuk niet alleen langs de productiezijde bekeken mogen worden: even belangrijk is het aanpakken van de consumptie (en de verkwisting).
Geplaatst door: Kris De Decker | 28 november 2011 om 16:02
(23)
Bedankt voor het snelle antwoord Kris,
Zeker in de veeteelt heb je nu al biologische bedrijven die qua kapitaalintensiteit (melkrobots, aantal koeien, stalgrootte etc...) niet moeten onderdoen voor de klassieke collega's. In Nederland zou de lage melkprijs heel wat boeren ertoe aanzetten om naar biologische melk over te schakelen (hoge verkoopprijs voor biologische melk). Ik weet niet of dergelijke industriële biologische bedrijven zo'n meerwaarde zijn omdat de opbrengst per hectare een stuk lager ligt dan traditionele bedrijven en de ecologische winst mij eerder beperkt lijkt. Het belangrijkste hier is natuurlijk de voedingsgewoonte zelf. Beter wat minder melk- en vleesproducten eten (ook al zijn ze van biologische makelij) en vervangen door producten met een lagere footprint (bv vlees- en melkvervangers op basis van soja).
Een moeilijk debat hier is ook het gebruik van meststoffen in arme landen. Vaak is het gebruik van meststoffen en beter zaaigoed de enige mogelijkheid om op de kleine lapjes grond (bv in India) voldoende voedsel te telen om arme boerenfamilies een beetje van een inkomen te geven.
Ik vind het dus wat jammer dat het beleid die opdeling tussen biologische en industriële landbouw versterkt, terwijl een tussenlabel misschien een veel pragmatischere oplossing is.
Geplaatst door: stijn | 28 november 2011 om 17:11
(24)
@ Kris
Ik wil graag ook wat boeken van jou lenen. Leuk. Je hebt er ongetwijfeld een aantal die ik niet heb. En als het artikel waar je het over hebt ook, "Wat is permacultuur" en/of "Wat kan permacultuur bijdragen aan het oplossen van crises" mag heten, dan wil ik je daar nog wel mee helpen ook.
@Kris @ Stijn
Inderdaad kan wat graan betrefteen deel van de oplossing gezocht worden in substitutie. Vee graan voeren is inderdaad tamelijk verspillend, en bovendien onnatuurlijk, een goed gedocumenteerd boek daarover is bijvoorbeeld "The vegetarian Myth van Lierre Kieth" Daarin is ook veel aandacht voor (het gebrek aan duurzaamheid van) soja.
In de permacultuur is het gebruikelijk om zover mogelijk uit te zoomen en naar het geheel te kijken, de totale duurzaamheid. En is intrinsiek pragmatisch. Dit kan er zelfs op neerkomen dat in een bepaald specifiek geval incidenteel gespoten wordt. En het kan er ook op neerkomen dat een deel van de tarwe die door mensen gegeten wordt vervangen wordt door ander voedsel.
De uitdaging is dan voldoende mensenvoedsel van goede kwaliteit kweken, en niet "Hoe kunnen mensen net zoveel tarwe als nu blijven eten." Kijkend naar het verleden, is het ook niet zo logisch om zoveel tarwe te eten als we nu doen. En nog verder uitzoomend is het niet zo logisch om zoveel koolhydraten te eten als we nu doen.
Meer concreet kan tarwe bijvoorbeeld deels vervangen worden door tamme kastanjes, dat heeft een voedingswaarde ongeveer gelijkwaardig aan die van rijst. En heeft wat duurzaamheid betreft het grote voordeel dat het aan bomen groeit.
Geplaatst door: Maranke Spoor | 28 november 2011 om 18:36
(25)
Het is vijf voor twaalf. Zie ook vandaag weer: http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2668/Buitenland/article/detail/3054646/2011/11/28/Kwart-van-landbouwgrond-ernstig-uitgeput.dhtml
Er is geen tijd meer voor luxe discussies over wat nu precies het beste is, hoe interessant ook. Laten we de boodschap van het laatste boek van de vorig jaar overleden visionair Hermann Scheer ter harte nemen: we moeten met zijn allen zorgen voor de ultieme acceleratie van de toepassing van duurzame technieken. Er zijn nog geen definitieve antwoorden. We moeten simpelweg alle technieken inzetten die beter zijn dan de fossiel georiënteerde technieken. Lowtech is daarbij waarschijnlijk inderdaad de beste leidraad. On the run vinden we dan wel uit wat het beste is. Eigenlijk moeten we ALLEMAAL op missie voor de ultieme acceleratie: overtuig mensen, maak businessplannen (voor een bank als Triodos), verspreid het WOORD...
Geplaatst door: Thijs Bollen | 28 november 2011 om 18:39
(26)
het artikel is prachtig, zou meer navolging moeten hebben.
Maar eens te meer blijkt dat mensen vast zitten in bepaalde denkbeelden. Eerst zaaien en dan wieden.
De geschiedenis heeft enkele eigenwijzen gehad, die eerst wieden en dan zaaien. Ms. Jean uit Bru, Ann en Eric Nordell uit Tennesee, Alexander Beatson uit Sussex. Prommata komt een heel eind zonder handwieden. Zou ook prachtig zijn indien personen het traditionele denken even aan de kant konden zetten.
Geplaatst door: Henk de Mink | 28 november 2011 om 18:56
(27)
@ Thijs
Inderdaad Scheer's "met zijn allen zorgen voor de ultieme acceleratie van de toepassing van duurzame technieken." Klinkt heel wijs.
Lekker aan de slag, en ons uiterste best doen om te stoppen elkaar vliegen af te vangen, en discussies over de betekenis van woorden aan de kant zetten.
Kan mij het schelen hoe het allemaal heet, duurzaamheid, permacultuur, de low tech manier, het is mij om het even, als het maar helpt!
Groet, Maranke Permacultuur school
Geplaatst door: Maranke Spoor | 28 november 2011 om 20:03
(28)
Inderdaad tijd voor actie:
Zoek een (bio) boer, land en co-oogsters ende verenigt u!
Voor de mensen uit Nederland die geïnteresseerd zijn in Community Supported Agriculture (CSA) kunnen jullie hier al heel wat informatie terugvinden:
http://www.rso.wur.nl/NR/rdonlyres/A191B506-F059-4D84-923D-AC828F3939DD/64786/JohnOtters_FullReport.pdf
CSA is trouwens via Nederland in België terecht gekomen...
Geplaatst door: Johan V | 28 november 2011 om 22:05
(29)
Misschien even ter aanvulling of ter info, ook voor Mark (@15). Als je in de wetenschappelijke literatuur zoekt vind je zeer weinig publicaties die een vergelijking maken in opbrengst (yield) tussen de bio- en klassieke landbouw. Ik kan maar één metastudie vinden namelijk uit 2007 van Badgley C. et al., gepubliceerd in "Renewable agriculture and Food Systems (22(2):86-108)". Uit die metastudie blijkt dat bij een opbrengstvergelijking tussen bio en niet-bio de ratio in opbrengst organic/non-organic in de geïndustrialiseerde landen maar lichtjes lager is dan 1 en in ontwikkelingslanden groter dan 1. Dus eigenlijk een betere opbrengst voor de biolandbouw. Ik geloof echter ook, zoals Kris aanhaalt, dat een onmiddellijke volledige omschakeling naar biolanbouw niet gunstig zou zijn.
Maar wat voedselvoorziening betreft is er zeer veel (areaa en dus opbrengst) te winnen bij een verminderde vleesconsumptie en dan vooral in de westerse wereld.
Geplaatst door: lieven bervoets | 30 november 2011 om 16:02
(30)
mooi artikel.
Ik denk zelf aan een mix van low-tech een high tech zoals ook naar het einde toe gesuggereerd wordt.
Nog een voorbeeld dat sterk lijkt op de tekening (al was het maar de kleur :) )
http://www.builditsolar.com/Projects/Vehicles/GardenHelper/GardenHelper.htm
Geplaatst door: Rob De Schutter | 23 december 2011 om 14:20
(31)
Als (late) toevoeging aan dit artikel, is onderstaande link met video, in meerdere opzichten, zeker de moeite waard:
http://nieuwsuur.nl/onderwerp/362897-spaans-dorp-immuun-voor-crisis.html
PS: Kris, ik zie elke dag uit naar een nieuw artikel van je...
Geplaatst door: Thijs Bollen | 16 augustus 2012 om 14:20
(32)
http://www.demorgen.be/dm/nl/5397/Milieu/article/detail/1499928/2012/09/12/Wiedende-robots-vervangen-herbiciden-in-de-VS.dhtml
Eindelijk een bericht over dit onderwerp in grote Belgische krant.
Geplaatst door: Gert Heyns | 13 september 2012 om 09:01
(33)
Weet niet hoe het in belgie is maar in nederland word niet elk jaar het zelfde geteeld op het zelfde perceel.
Voor wortels kan je dacht ik maar eens per 8 jaar op het zelfde perceel telen, aardappelen eens per 4 jaar. Dit mag zelf niet vaker. De boer weet ook goed dat je moet wisselen.
Kunstmest en bestrijdings middelen zijn de grootste uitgaven voor een boer. Een dag spuiten kost zo 3500 a 4000 euro aan middel, en dan spuit je aardappelen soms 8 a 10 keer per jaar.
Dat doen ze niet met een tuinslang of zo maar met hightech machines om het beste resultaat en besparing te halen.
60 Ton voor een landbouw machine is wel erg veel hoor. De grootste bieten rooier vol geladen komt hier denk net aan, en geloof mij de boer maakt zich heel veel zorgen om bodemdruk.
Ga maar eens kijken bij de boer hoeveel banden die heeft staan, voor elk werk een set banden.
Het liefst zo groot en breed mogenlijk met laagste banden spanning. Heb machines gezien van 30ton die minder bodemdruk per vierkante centimeter hebben dan een voetstap.
Zit een hoop waarheid in het verhaal hier boven, maar overdrijf niet, dat doet de politiek al.
Mensen willen niet meer vieze handen hebben en hard werken voor beetje geld.
Als we het luxe leven willen wat we nu hebben en dat van werken op het land door bijna alleen mensen kracht dan word het eten ook duurder.
Dan kost misschien een zak friet straks wel 50 euro. Meer man uren per hectare zijn ook meer kosten, en die betaald de consument.
tuurlijk sommige dingen zouden beter kunnen in de landbouw, maar wie betaalt het?
Laatste paar jaar kwam het voor dat uien 0 cent de kilo opbracht, gewoon niks dus. En in de winkel?????
Kan nog wel ff door gaan zo, wil ook weer niet te negatief klinken.
Geplaatst door: Peter | 04 januari 2014 om 17:05
(34)
@Peter,
heb je ook bronnen die de bewering ondersteunen dat wisselteelt in Nederland de regel is en dat het wettelijk ook verplicht is? Want hoewel ik het niet zomaar uitsluit ben ik - ook gezien landbouwbeleid grotendeels Europees beleid is - toch behoorlijk sceptisch over.
Je vergeet trouwens iets heel belangrijk. Er zijn gigantische kosten verbonden aan niet duurzame teeltwijze. Het is alleen zo dat die gigantische (langetermijn)kosten niet door de boer worden betaald maar door 'de maatschappij'. Als men de externe kosten zou internaliseren dan zou al snel blijken dat onze voeding nu eigenlijk te goedkoop is (het voedsel is ook nog nooit zo goedkoop geweest) en dat veel duurzamere teeltwijzen toch niet duurder zijn dan de huidige niet duurzame teeltwijzen.
Want laten we elkaar geen blaasjes wijsmaken. Hoewel er duurzame werkende boeren zijn, is de huidige landbouw verre van duurzaam. Toenemende resistentie voor bestrijdingsmiddelen, uitspoeling van bestrijdingsmiddelen naar grondwater en oppervlaktewater, problematisch gebruik van bestrijdingsmiddelen voor b.v. bijen, vermindering van het aandeel koolstof in gronden, verdwijnen van kleinschalige landschapselementen, vermindering van hoeveelheid akkervogels, vermindering van bodemvruchtbaarheid, olieafhankelijkheid van de landbouw (op diverse manieren, waaronder het gebruik van pesticiden en kunstmest), ...
Geplaatst door: Renaat | 06 januari 2014 om 01:28
(35)
Ik werk bij een mechanisatie bedrijf en een collega die ook boer is vertelde dat over de aardappelen. Je kan niet zomaar als boer aardappelen telen en verkopen. De NAK (http://www.nak.nl) keurt het land en gewassen op ziektes bv. En van de wortels vertelde een klant die al 40jaar wortels teelt.
Wat bedoel je met: Er zijn gigantische kosten verbonden aan niet duurzame teeltwijze??
Het milieu of financieel?
En dit: Als men de externe kosten zou internaliseren dan zou al snel blijken dat onze voeding nu eigenlijk te goedkoop is (het voedsel is ook nog nooit zo goedkoop geweest) en dat veel duurzamere teeltwijzen toch niet duurder zijn dan de huidige niet duurzame teeltwijzen.
Het voedsel is ook goedkoop, alleen de winkelketens verdienen teveel.
Maar wat is duurzaam, alles met de hand doen?
Dat kan gewoon niet. Je zei zelf al dat dan 1 á 2
NIET boer kan zijn. Wie maakt dan je auto, huis, kleding, tv, fiets, vakantie, enz...
Tuurlijk we moeten onze footprint op de wereld veranderen, maar het is makkelijk om te zeggen dat de boer duurzaam moet werken.
Het is de mens zelf, die zal afstand van zijn luxe. Als je kijkt naar de boeren in mij omgeving (Haarlemmermeer) en dan naar Schiphol.
Er wordt landbouw grond opgeoffert voor geluidswallen omdat de mensen last hebben van de vliegtuigen, MAAR willen wel op Schiphol werken.
Heb je hele vruchtbare grond, gebruik je het niet. Dat is pas zonde, nu moet je ergens anders in de wereld meer moeite doen om het te compenseren. Dan de lucht vervuiling van een vliegtuigmotor en het lozen van kerosine omdat een vliegtuig te zwaar is om te landen. Maar we willen wel naar spanje met het vliegtuig.
Je moet ook een spuitlicensie hebben om bestrijdings middelen te spuiten en een spuitmachine moet ook SKL gekeurt zijn.
Wist je dat onbespoten aardappelen anti stoffen (kunnen) bevatten die schadelijker voor de mens zijn dan bespoten aardappelen om dat die zich moet weren tegen ziektes en schimmels.
Geplaatst door: peter | 17 januari 2014 om 21:14
(36)
Geachte heer, mevrouw,
In het verleden ontdekten we het bestaan van een eigenaardige composteringsmethode, die we toepasten op de compostering van grassen. Grassen zijn doorgaans moeilijk tot compost te verwerken. Het lukte ons om de methode door te ontwikkelen... Misschien is ons blog m.b.t. de compostering van grassen interessant voor u?
http://compostboerderij.blogspot.pt
http://compost-farming.blogspot.pt
Met vriendelijke groet,
Hestel Tellus.
Stella van Rijn.
Geplaatst door: Hestel Tellus | 16 november 2014 om 17:56
(37)
Hoogtewerker plukwagen electrisch aangedreven op batterijen en dak opgebouwd met zonnepanelen 2700 watt/pieck . In 2019 /10 augustus beginnen werken in de
fruit plantage EN IEDREE DAG MEE AAN HET WERKEN TUSSEN DE BOMEN (plukken ,snoeien ,binden en verzorgen van de bomen)OP DIT OGENBLIK ZIJN WIJ 10 /10/2020 EN HET VOERTUIG RIJD NU NOG ALTIJD ROND ZONDER DE BATTERIJEN AAN HET NET OP TE LADEN
NIEUW PLUK TREIN TRAKTOR IN ONTWIKKELING ZELFDE AANDRIJVING TOT 10 KM /UUR 3000 KG TREK KRACHT
Geplaatst door: Santermans Gaston | 10 oktober 2020 om 13:05
(38)
In ontwikkeling schoffel machine voor de fruit teelt dat rond de bomen schoffelt zonder bomen te beschadigingen en neemt een strook van +/- 60 cm breedte om TE SCHOFFELEN IN PLAATSGROND TE VERPLAATSEN EN HOPEN TUSSEN DE BOMEN TE VEROORZAKEN DIT IS AFGEWERKT WERK IN PLAATS VAN HALF WERK
DEZE MACHINE KAN GETROKKEN WORDEN DOOR DE ELECTRISCHE PLUK TREIN TRAKTOR SANTERMANS GASTON
Geplaatst door: Santermans Gaston | 10 oktober 2020 om 13:11